3.1.Tussen partijen staat als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken het volgende vast.
Partijen kennen elkaar al meer dan 20 of 30 jaar. De vennoten van [appellante] zijn [vennoot 1] en [vennoot 2] .
[geïntimeerde] heeft in de loop van de jaren zaken zoals geuren en cd’s gekocht van [appellante] . [geïntimeerde] heeft tegen betaling veel sessies bijgewoond die door (een vennoot van) [appellante] werden georganiseerd. Het ging in de sessies om (spirituele) begeleiding en advisering. [geïntimeerde] heeft in dit kader ook tegen betaling uitgebreid gecorrespondeerd met (een vennoot van) [appellante] . [geïntimeerde] heeft ook tegen betaling deelgenomen aan een reis naar Egypte, die door (een vennoot van) [appellante] werd georganiseerd.
[vennoot 1] is bewindvoerder geweest over (een deel van) het vermogen van [geïntimeerde] . [vennoot 1] is door de kantonrechter ontslagen uit zijn functie van bewindvoerder.
[geïntimeerde] heeft ook de vennoten van [appellante] (tijdens het bewind) aangewezen als haar erfgenamen. [geïntimeerde] heeft dit later teruggedraaid.
[geïntimeerde] was op enig moment eigenares van enkele bungalows op het bungalowpark te [plaats 1] .
[appellante] heeft in de loop van de jaren werkzaamheden uitgevoerd aan bungalows op het bungalowpark te [plaats 1] , met inbegrip van bungalows die eigendom zijn van [geïntimeerde] . [appellante] heeft gereedschap of andere zaken neergelegd in ruimtes die eigendom zijn van [geïntimeerde] .
[geïntimeerde] heeft in november 2008 nieuwe sloten gemonteerd in bungalows die van haar waren. [geïntimeerde] heeft daarmee bewerkstelligd dat [appellante] geen toegang meer had tot deze ruimtes. [vennoot 1] heeft op 8 december 2008 getracht toch binnen te komen om bepaalde zaken op te halen. [geïntimeerde] heeft de politie gebeld. [vennoot 1] is aangehouden.
Tussen partijen is (aldus of daarvoor) onmin ontstaan.
[appellante] heeft een aantal zaken elders opgeslagen en daarvoor kosten gemaakt. [geïntimeerde] heeft op die zaken beslag gelegd.
Partijen hebben verschillende procedures tegen elkaar gevoerd. In een van deze procedures heeft de rechtbank Breda onder zaaknummer 203542 en rolnummer HA ZA 09-818 een vonnis gedateerd 10 februari 2010 gewezen.
3.2.1.[appellante] heeft in eerste aanleg in conventie, samengevat, na vermindering van eis bij conclusie van antwoord in het incident gevorderd [geïntimeerde] te veroordelen € 33.212,57 en € 14.597,33 aan haar te betalen, te vermeerderen met rente, met veroordeling van [geïntimeerde] in de kosten van het geding.
[appellante] heeft, samengevat, hieraan ten grondslag gelegd dat [geïntimeerde] jegens haar onrechtmatig heeft gehandeld, als gevolg waarvan zij schade heeft geleden in de vorm van noodzakelijkerwijs aangeschaft nieuw gereedschap (post I, € 12.902,31 exclusief btw), noodzakelijkerwijs gehuurde alternatieve ruimte (post II, € 4.847,94 exclusief btw), schade als gevolg van een onrechtmatig gelegd beslag (post III, € 14.597,33 exclusief btw) en schade in de vorm van na opheffing van een beslag beschadigde of niet teruggekregen roerende zaken (post IV, € 15.462,32 exclusief btw). [geïntimeerde] heeft volgens [appellante] geruime tijd geen toegang verschaft tot de ruimte waarin bouwmaterialen, gereedschappen en machines van [appellante] zich bevonden. [appellante] heeft volgens [appellante] hierdoor kosten moeten maken voor de aanschaf van nieuwe zaken en voor verblijf en opslag in een daarvoor gehuurde bedrijfshal. [geïntimeerde] heeft daarna ook nog beslag gelegd, aldus [appellante] . Toen het beslag door de rechtbank werd opgeheven, was een deel van de in beslag genomen roerende zaken van [appellante] beschadigd of niet aanwezig.
3.2.2.[geïntimeerde] heeft verweer gevoerd. Zij heeft bij incidentele conclusie tot het treffen van een voorlopige voorziening gevorderd dat het door [appellante] gelegde beslag zal worden opgeheven, althans het bedrag waarvoor dit is gelegd naar goede justitie te begroten. Zij heeft voorts in eerste aanleg in reconventie, samengevat, na vermindering van eis bij repliek in reconventie gevorderd:
primair:
voor recht te verklaren dat de tussen haar en [appellante] gesloten overeenkomsten dan wel verrichte rechtshandelingen, voor zover deze betrekking hebben op andere kwesties dan de renovatie van haar bungalows te [plaats 1] , (buitengerechtelijk) vernietigd zijn,
voor recht te verklaren dat al hetgeen [geïntimeerde] op grond van de vernietigde overeenkomsten of rechtshandelingen aan [appellante] heeft voldaan onverschuldigd is betaald en
[appellante] te veroordelen € 33.044,30 aan haar te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente,
subsidiair:
voor recht te verklaren dat [appellante] onrechtmatig jegens [geïntimeerde] heeft gehandeld en [appellante] te veroordelen € 31.544,30 aan [geïntimeerde] te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente,
telkens met veroordeling van [appellante] in de kosten van het geding.
[geïntimeerde] heeft, samengevat, hieraan ten grondslag gelegd dat de vennoten van [appellante] haar in de waan hebben gebracht dat [vennoot 2] over spirituele krachten beschikte en aldus misbruik hebben gemaakt van haar kwetsbare positie voor of tijdens ziekte om haar te laten betalen, al dan niet voor allerlei diensten.
3.2.3.[appellante] heeft in reconventie verweer gevoerd.