ECLI:NL:GHSHE:2018:4629

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
9 november 2018
Publicatiedatum
9 november 2018
Zaaknummer
20-001623-15
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voor verdachte in openlijke geweldpleging tegen politie en beveiligers in Renesse

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 9 november 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De verdachte was beschuldigd van openlijke geweldpleging in Renesse op 12 april 2015, waarbij een groep Duitse supporters van Schalke 04 betrokken was. De advocaat-generaal had gevorderd dat het hof het vonnis zou vernietigen en de verdachte zou veroordelen tot een gevangenisstraf van vijf maanden. De verdediging pleitte echter voor vrijspraak, stellende dat de verdachte geen bijdrage van voldoende gewicht had geleverd aan het geweld.

Het hof heeft het dossier en de verklaringen van de betrokkenen bestudeerd. Het hof concludeerde dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte daadwerkelijk geweld had gebruikt of dat hij een significante bijdrage had geleverd aan het openlijke geweld. De getuigenverklaringen en camerabeelden wezen erop dat de verdachte voornamelijk achteraan de groep stond en niet actief deelnam aan het geweld. Daarom sprak het hof de verdachte vrij van de tenlastelegging.

Daarnaast werden de vorderingen van verschillende benadeelde partijen tot schadevergoeding niet-ontvankelijk verklaard, omdat er aan de verdachte geen straf of maatregel werd opgelegd. Het hof oordeelde dat de benadeelde partijen niet in hun vorderingen konden worden ontvangen, aangezien er geen verband was tussen het ten laste gelegde handelen en de gestelde schade.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer : 20-001623-15
Uitspraak : 9 november 2018
TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 13 mei 2015 in de strafzaak met parketnummer 02-700065-15 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] (Bondsrepubliek Duitsland) op [geboortedatum] ,
volgens eigen opgave ter terechtzitting wonende te [woonplaats] (Bondsrepubliek Duitsland), [adres] .
Hoger beroep
Van de zijde van de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep en in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal vernietigen en, opnieuw rechtdoende, het ten laste gelegde bewezen zal verklaren en verdachte ter zake daarvan zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 5 maanden, met aftrek van voorarrest. Met betrekking tot de vorderingen van de benadeelde partijen heeft de advocaat-generaal zich op het standpunt gesteld dat deze integraal kunnen worden toegewezen, met daarnaast oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De verdediging heeft primair vrijspraak bepleit. Subsidiair heeft zij een strafmaatverweer gevoerd. Ter zake van de vorderingen van de benadeelde partijen heeft zij primair geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring en voor wat betreft de vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 1] subsidiair tot afwijzing, meer subsidiair tot matiging.
Vonnis waarvan beroep
Het beroepen vonnis zal worden vernietigd, omdat het niet te verenigen is met de hierna te geven beslissing.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 12 april 2015 te Renesse, gemeente Schouwen-Duiveland, openlijk, te weten op of aan de openbare weg, de Hogezoom en/of Jan van Renesseweg, in elk geval op of aan een openbare weg en/of een voor het publiek toegankelijke plaats of in een voor het publiek toegankelijke ruimte, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen personen, te weten: - [aangever 1] en/of [aangever 2] en/of
- politieambtenaren [verbalisant / benadeelde partij 1] en/of [verbalisant / benadeelde partij 2] en/of [verbalisant / benadeelde partij 3] en/of [verbalisant / benadeelde partij 4] en/of [verbalisant / benadeelde partij 5] en/of [verbalisant / benadeelde partij 6] en/of een of meer andere politieambtenaren en/of
- [beveiliger 1] en/of [beveiliger 2] en/of [beveiliger 3] en/of een of meer andere beveiligers, welk geweld bestond uit het (al dan niet met (een) bierpul(len) en/of een fiets en/of een of meer andere harde voorwerpen) slaan en/of gooien en/of stompen en/of schoppen en/of trappen en/of duwen en/of trekken en/of schelden en/of schreeuwen en/of (als groep) agressief opdringen van/aan/tegen/naar voornoemd(e) perso(o)n(en).
Vrijspraak
Het hof heeft uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken. Het hof overweegt daartoe het volgende.
Uit het dossier blijkt het volgende.
In de nacht van 11 op 12 april 2015 waren aangevers [verbalisant / benadeelde partij 1] , [verbalisant / benadeelde partij 2] , [verbalisant / benadeelde partij 3] ,
[verbalisant / benadeelde partij 4] , [verbalisant / benadeelde partij 5] , [verbalisant / benadeelde partij 6] en enkele andere verbalisanten belast met de horecadienst in
Renesse. Zij werden die avond bijgestaan door het SUS-team, bestaande uit onder meer
[beveiliger 1] , [beveiliger 2] en [beveiliger 3] . Aan het begin van de avond zagen zij een touringcar met
Duits kenteken Renesse inkomen. In deze bus zat een groep van ongeveer 70 Duitse
personen. Deze groep viel op omdat enkele mannen met kratten bier aan het sjouwen waren,
waarop [verbalisant / benadeelde partij 1] en [verbalisant / benadeelde partij 2] deze mannen aanspraken en op de hoogte stelden van het in
Renesse geldende alcoholverbod op straat.
Uit het dossier is vast komen te staan dat rond 02.30 uur die nacht in Renesse op de kruising
Hogezoom/Jan van Renesseweg aangevers [aangever 1] en [aangever 2] gewelddadig werden
benaderd door enkele leden van de groep Duitsers. De politie heeft hierop gereageerd, waarna meer leden uit die groep zich tegen de politie keerden.
Door enkele leden van de Duitse groep is vervolgens gewelddadig opgetreden tegen de politieagenten en leden van het SUS-team. Door de verbalisanten en leden van het SUS-team is onder meer waargenomen dat één van de Duitse mannen een dienstfiets van de politie optilde boven zijn hoofd en in de richting van politieagenten gooide. Verbalisant [verbalisant / benadeelde partij 2] is op zijn achterhoofd geslagen met een bierpul: hij voelde een scherpe pijn op zijn achterhoofd en zag dat een man een bierpul met twee handen vasthad en deze pul ging nog naar beneden toen hij omkeek. De verbalisanten en leden van het SUS-team zijn door diverse leden uit de groep geschopt, getrapt en gestompt. Ook was er sprake van duw- en trekwerk, zoals blijkt uit de camerabeelden van de openbare weg te Renesse. Op deze beelden is te zien dat de groep zich agressief opdringt tegen de verbalisanten en de leden van het SUS-team. Uit de verklaringen van de verbalisanten en leden van het SUS-team blijkt dat dit gepaard ging met schreeuwen en schelden.
De gehele groep is na de schermutselingen de touringcar weer in gegaan.
Het hof is van oordeel, op grond van hetgeen hiervoor is overwogen, dat hetgeen zich heeft afgespeeld op de openbare weg in Renesse kan worden aangemerkt als openlijk geweld tegen de in de tenlastelegging bedoelde personen.
De vraag die vervolgens voorligt is of verdachte deel uit heeft gemaakt van de groep
die dit geweld heeft toegepast en of hij aan dat geweld een bijdrage van voldoende gewicht heeft geleverd, welke bijdrage onder omstandigheden ook geheel of ten dele kan bestaan uit het verrichten van op zichzelf niet-gewelddadige handelingen. Het hof overweegt daaromtrent het volgende.
Nadat de groep Duitsers weer in de touringcar had plaatsgenomen, kreeg de chauffeur van
de politie het bevel om naar het cellencomplex Mijkenbroek in Breda te rijden. De bus is
daar met politiebegeleiding naartoe gereden. Ter plaatse is van alle inzittenden van de touringcar een foto gemaakt, zijn daarbij hun identiteitsgegevens vastgelegd en is aan
iedere persoon een nummer gekoppeld. Bij het fotograferen waren politieambtenaren
aanwezig die die nacht in Renesse werkzaam waren geweest en tegen wie het geweld was
gepleegd. Indien een inzittende van de bus door één of meerdere van deze politieambtenaren
herkend werd als vermoedelijke pleger van geweld, werd deze inzittende vervolgens buiten
heterdaad aangehouden als verdachte van openlijke geweldpleging. Deze foto's zijn
in verband met het onderzoek ook getoond aan de leden van het SUS-team en aan aangevers [aangever 1] en [aangever 2] .
Door verbalisant [verbalisant / benadeelde partij 6] is verdachte, met identificatienummer 16, herkend als iemand die
in de voorste linie van de groep stond en die duidelijk een recalcitrante rol speelde. Beveiliger [beveiliger 4] heeft verklaard dat hij verdachte heeft zien slaan en duwen en dat hij denkt dat verdachte degene is die hij een politieagent heeft zien slaan en schoppen.
Het hof heeft op de camerabeelden, die ter terechtzitting in hoger beroep zijn afgespeeld, waargenomen dat verdachte ten tijde van het openlijk geweld hoofdzakelijk achteraan de groep stond en dat zijn mond regelmatig bewoog. Het hof heeft niet waargenomen dat verdachte geweld heeft gebruikt of dat hij anderszins een bijdrage van voldoende gewicht heeft geleverd aan het openlijk geweld. Het is niet duidelijk of verdachte schold of schreeuwde tegen de politieagenten en de beveiligers. Het hof gaat dan ook voorbij aan de herkenning door verbalisant [verbalisant / benadeelde partij 6] en beveiliger [beveiliger 4] .
Op grond van het vorenstaande acht het hof niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte geweld heeft toegepast dan wel dat hij anderszins een bijdrage van voldoende gewicht heeft geleverd aan het openlijke geweld. De enkele omstandigheid dat hij de groep openlijk-geweldplegers heeft versterkt en dat hij achteraan in de groep stond toen het openlijke geweld plaatsvond acht het hof onvoldoende. Verdachte wordt daarom vrijgesproken van het ten laste gelegde.
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 1]
De benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 1] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 2.575,00, bestaande uit een bedrag van € 1.425,- ter zake van materiële schade (gederfde inkomsten in een vennootschap onder firma) en een bedrag van € 1.450,- ter zake van immateriële schade. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
De vordering duurt van rechtswege voort in hoger beroep.
Nu aan verdachte ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade veroorzaakt zou zijn, geen straf of maatregel wordt opgelegd en evenmin toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht, kan de benadeelde partij in de vordering niet worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 2]
De benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 2] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 950,00 ter zake van immateriële schade. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
De vordering duurt van rechtswege voort in hoger beroep.
Nu aan verdachte ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade veroorzaakt zou zijn, geen straf of maatregel wordt opgelegd en evenmin toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht, kan de benadeelde partij in de vordering niet worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 3]
De benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 3] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 350,00 ter zake van immateriële schade. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
De vordering duurt van rechtswege voort in hoger beroep.
Nu aan verdachte ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade veroorzaakt zou zijn, geen straf of maatregel wordt opgelegd en evenmin toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht, kan de benadeelde partij in de vordering niet worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 4]
De benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 4] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 460,00, bestaande uit een bedrag van € 10,- ter zake van materiële schade en een bedrag van € 450,- ter zake van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
De vordering duurt van rechtswege voort in hoger beroep.
Nu aan verdachte ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade veroorzaakt zou zijn, geen straf of maatregel wordt opgelegd en evenmin toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht, kan de benadeelde partij in de vordering niet worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 5]
De benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 5] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 350,00 ter zake van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
De vordering duurt van rechtswege voort in hoger beroep.
Nu aan verdachte ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade veroorzaakt zou zijn, geen straf of maatregel wordt opgelegd en evenmin toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht, kan de benadeelde partij in de vordering niet worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 6]
De benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 6] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 250,00 ter zake van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
De vordering duurt van rechtswege voort in hoger beroep.
Nu aan verdachte ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade veroorzaakt zou zijn, geen straf of maatregel wordt opgelegd en evenmin toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht, kan de benadeelde partij in de vordering niet worden ontvangen.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 7]
De benadeelde partij [benadeelde partij 7] heeft in eerste aanleg een vordering ingesteld, strekkende tot schadevergoeding tot een bedrag van € 350,00 ter zake van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente. Deze vordering is bij vonnis waarvan beroep toegewezen.
De vordering duurt van rechtswege voort in hoger beroep.
Nu aan verdachte ter zake van het ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade veroorzaakt zou zijn, geen straf of maatregel wordt opgelegd en evenmin toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht, kan de benadeelde partij in de vordering niet worden ontvangen.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.

Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 1]

Verklaart de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 1] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Verwijst de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.

Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 2]

Verklaart de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 2] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Verwijst de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.

Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 3]

Verklaart de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 3] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Verwijst de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.

Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 4]

Verklaart de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 4] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Verwijst de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 5]
Verklaart de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 5] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Verwijst de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.

Vordering van de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 6]

Verklaart de benadeelde partij [verbalisant / benadeelde partij 6] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Verwijst de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.

Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 7]

Verklaart de benadeelde partij [benadeelde partij 7] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Verwijst de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil.
Aldus gewezen door:
mr. J.T.F.M. van Krieken, voorzitter,
mr. A.M.G. Smit en mr. B. Stapert, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. I. Kroes, griffier,
en op 9 november 2018 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mr. Van Krieken en mr. Stapert zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.