GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
Uitspraak : 8 november 2018
Zaaknummers : 200.219.980/01, 200.216.689/01 en 200.216.689/02
Zaaknummers 1e aanleg : C/02/307549/FA RK 15-7424 en C/02/310057/JE RK 16-45
in de zaken in hoger beroep van:
in de zaak 200.219.980/01:
[de moeder (200.219.980_01)],
hierna te noemen: de moeder,
en
[de vader (200.219.980_01)],
hierna te noemen: de vader,
wonende te [woonplaats] ,
appellanten,
hierna gezamenlijk te noemen: de ouders,
advocaat: mr. E.M.A. Leijser,
William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
verweerster,
hierna te noemen: de Gecertificeerde Instelling (GI)
in de zaken 200.216.689/01 en 200.216.689/02:
[de grootvader (200.216.689_01 en 02],
hierna te noemen: de grootvader,
en
[de grootmoeder (200.216.689_01 en 02)],
hierna te noemen: de grootmoeder,
wonende te [woonplaats] ,
appellanten,
hierna gezamenlijk te noemen: de grootouders,
advocaat: mr. F.L. Donders,
William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
verweerster,
hierna te noemen: de Gecertificeerde Instelling (GI)
Als belanghebbende wordt in alle drie de zaken aangemerkt:
- drs. E. Klaver, bijzondere curator van de hierna nader te noemen minderjarigen [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] (hierna te noemen: de bijzondere curator).
De grootouders worden in hun hoedanigheid van pleegouders van de minderjarigen aangemerkt als belanghebbenden in het hoger beroep van de ouders (200.219.980).
In zijn hoedanigheid als omschreven in artikel 810 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is in alle drie de zaken gekend: de Raad voor de Kinderbescherming, regio Zuidwest-Nederland, locatie [locatie] , hierna te noemen: de raad.
De zaken hebben betrekking op de minderjarigen:
[de minderjarige 1], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2006,
en
[de minderjarige 2], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2008.