ECLI:NL:GHSHE:2018:3759
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake uithuisplaatsing van minderjarigen en de rol van de gecertificeerde instelling
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de vader tegen een beschikking van de rechtbank Oost-Brabant van 5 april 2018, waarin de machtiging tot uithuisplaatsing van zijn kinderen is verlengd. De vader, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. P.J.J.A. Hendriks, verzoekt de beschikking te vernietigen en de gecertificeerde instelling (GI) te veroordelen tot vergoeding van zijn kosten voor rechtsbijstand. De GI, vertegenwoordigd door meerdere medewerkers, verzoekt het beroep van de vader niet-ontvankelijk te verklaren of af te wijzen, en de beschikking te bekrachtigen. De moeder steunt het verzoek van de vader en stelt dat de uithuisplaatsing is gebaseerd op verouderde informatie.
De mondelinge behandeling vond plaats op 21 augustus 2018, waarbij de vader, de GI en de moeder hun standpunten toelichtten. De kinderen zijn sinds 7 april 2017 onder toezicht van de GI en zijn op 20 maart 2018 uit huis geplaatst. De vader betwist dat hij niet in staat is om voor de kinderen te zorgen en stelt dat hij bereid is om hulp te aanvaarden. De GI heeft echter zorgen over de opvoedvaardigheden van beide ouders en stelt dat een thuisplaatsing bij de vader momenteel niet mogelijk is.
Het hof overweegt dat er zorgen zijn over de opvoedvaardigheden van beide ouders en dat er een onderzoek loopt naar de mogelijkheden voor een eventuele plaatsing bij de vader. Het hof besluit de beschikking van de rechtbank te bekrachtigen, waarbij de kosten van het geding in beide instanties worden gecompenseerd.