Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
5.Het verloop van de procedure
- het tussenarrest van 23 januari 2018 waarbij het hof een comparitie na aanbrengen heeft gelast;
- het proces-verbaal van comparitie van 5 april 2018;
- de memorie van grieven tevens inhoudende incidentele vordering met producties;
- de antwoordconclusie in incident.
6.De beoordeling
1. de eiser dient een rechtmatig belang te hebben;
2. het moet gaan om bepaalde bescheiden;
3. aangaande een rechtsbetrekking waarin eiser of zijn rechtsvoorganger partij is.
Ook indien aan deze vereisten van artikel 843a lid 1 Rv is voldaan, kan de vordering worden afgewezen indien daarvoor gewichtige redenen zijn of indien redelijkerwijs kan worden aangenomen dat ook zonder de gevorderde gegevens een behoorlijke rechtsbedeling is gewaarborgd.