Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
4.De beslissing
7 februari 2019.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, gaat het om een hoger beroep van de moeder tegen een beschikking van de rechtbank Oost-Brabant. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. R.S. Knegtmans, verzoekt om wijziging van de zorg- en contactregeling met betrekking tot hun minderjarige kind, dat bij haar woont. De vader, vertegenwoordigd door mr. I.K. Kolev, verzet zich tegen deze wijziging en heeft het hoger beroep ongegrond verklaard. De mondelinge behandeling vond plaats op 24 mei 2018, waarbij ook de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig was. Het hof heeft vastgesteld dat er een diep wantrouwen tussen de ouders bestaat en dat dit invloed heeft op het welzijn van het kind. Partijen hebben tijdens de zitting overeenstemming bereikt over een ouderschapsonderzoek, dat zal worden uitgevoerd door deskundigen drs. E.A. Klaver en drs. R. van Beijsterveldt. Het hof heeft de kosten van het onderzoek ten laste van het Rijk gesteld, gezien de financiële situatie van de moeder. De zaak is aangehouden tot 7 februari 2019, zodat het onderzoek kan plaatsvinden. Het hof heeft de deskundigen verzocht om tijdig te rapporteren over de voortgang en resultaten van het onderzoek, en heeft tevens een raadsheer-commissaris benoemd om het onderzoek te begeleiden.