6.1.In dit hoger beroep kan worden uitgegaan van de volgende feiten.
6.1.1.[de vennootschap] is bij vonnis van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, van 7 april 2015 in staat van faillissement verklaard met benoeming van mr. [appellant] tot curator (productie 1 bij inleidende dagvaarding).
[de vennootschap] richtte zich voornamelijk op de levering van tegels en natuurstenen en was tevens actief op het vlak van (interieur)ontwerpen, totaalrenovaties en home-make-overs. Feitelijk werden de werkzaamheden voornamelijk uitgevoerd door onderaannemers, terwijl de projectcoördinatie en begeleiding bij [de vennootschap] rustten. Opdrachtgevers van [de vennootschap] betroffen particulieren en een bescheiden aantal zakelijke klanten.
6.1.2.[geïntimeerde 2] exploiteerde aanvankelijk Pizzeria [pizzeria] als eenmanszaak. Deze eenmanszaak is op 1 juli 2015 ingebracht in de vof Pizzeria [pizzeria] met als vennoten [geïntimeerde 2] en [geïntimeerde 3] .
6.1.3.[geïntimeerde 2] heeft omstreeks juli 2014 aan [de vennootschap] opdracht gegeven tot het verrichten van diverse bouwkundige werkzaamheden in Pizzeria [pizzeria] . Op deze opdracht zijn van toepassing de Algemene voorwaarden voor aannemingen in het bouwbedrijf 1992 (AVA 1992) (hierna: de algemene voorwaarden) (productie 4 bij inleidende dagvaarding).
6.1.4.[de vennootschap] heeft op 25 juli 2014 aan [geïntimeerde 2] een offerte uitgebracht (productie 1 bij conclusie van antwoord). Deze offerte sloot op een bedrag van € 4.484,52 exclusief BTW. [de vennootschap] en [geïntimeerde 2] hebben vervolgens onderhandeld, waarna een nieuwe offerte is opgemaakt voor een totale bouwsom exclusief BTW van € 6.000,00 (productie 3 bij inleidende dagvaarding). In deze tweede offerte eveneens gedateerd 25 juli 2014 zijn de volgende posten opgenomen:
1,0 Bouwkundige werken:€ 490,00
2,0 Timmerwerken:€ 1.062,00
3,0 Tegelwerken:€ 2.652,52
4,0 W-installatie:€ 280,00
5,0 E-werken:€ 681,00
6,0 Schilderwerken:€ 834,48
Totaal bouwsom excl. BTW € 6.000,00
In de specificatie bij deze offerte zijn de verschillende posten gespecificeerd.
6.1.5.Op basis van deze tweede - geaccordeerde - offerte is [de vennootschap] gestart met de uitvoering van de werkzaamheden. Door [geïntimeerde 2] is conform afspraak een aanbetaling gedaan van € 4.000,00.
6.1.6.Op 15 oktober 2014 heeft een oplevering van de werkzaamheden plaatsgevonden. Een hiervan opgemaakt rapport is als productie 2 bij conclusie van antwoord in het geding gebracht. [de vennootschap] heeft op 15 oktober 2014 aan [geïntimeerde 3] een factuur gestuurd van € 8.435,47 (inclusief BTW) (productie 5 bij inleidende dagvaarding). Deze factuur is als volgt opgebouwd:
Totale waarde Doorbelasting klant
Aanbetaling € 4.000,00 € 4.000,00
Resterend bedrag orderbevestiging € 2.000,00 € 2.000,00
Leveren/monteren/uitbreiden gas installaties € 2.628,00 € 2.628,00
naar zaak en keuken
Uitbreiden van groepen in meterkast € 809,25 € 809,25
Leveren en monteren van bekabelingsset € 400,00 € 400,00
Leveren en monteren van WCD achter bar € 440,00 € 440,00
Monteren van 72 spots (oorspronkelijk 25 stuks € 1.440,00 € -
opgenomen
Bar oorspronkelijk ca. 3 meter / verruimd naar ca. € 2.000,00 € -
10 meter
Wandlampen monteren en aansluiten binnen € 385,00 € -
Lampen buiten aansluiten € 110,00 € -
Bedrag excl. BTW € 14.212,25 € 10.277,25
BTW 21% € 2.984,57 € 2.158,22
Aanbetaling minus€ 4.000,00 € 4.000,00
Totaal bedragen € 13.196,82 € 8.435,47
Totaal te voldoen € 8.435,47
6.1.7.[de vennootschap] heeft nadien een korting aangeboden van € 685,47 in verband met door [geïntimeerde 2] opgevoerde opleverpunten betreffende tegelwerken. Het resterende bedrag van de factuur, zijnde € 7.750,00 (inclusief BTW), is onbetaald gebleven. [de vennootschap] heeft [geïntimeerde 2] een tweetal betalingsherinneringen gestuurd. Nu ook naar aanleiding van die herinneringen iedere betaling uitbleef, heeft [de vennootschap] de vordering vervolgens uit handen gegeven aan de deurwaarder ter incasso. Ook de deurwaarder heeft [geïntimeerde 2] nog meerdere malen tevergeefs gemaand tot betaling over te gaan. De deurwaarder heeft daarbij ook de buitengerechtelijke incassokosten aangezegd. Daarop heeft de curator, na daartoe verkregen toestemming van de rechter-commissaris, [pizzeria] c.s. in rechte betrokken.
6.2.1.Bij inleidende dagvaarding heeft de curator in eerste aanleg gevorderd dat de kantonrechter bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, Pizzeria [pizzeria] , [geïntimeerde 2] en [geïntimeerde 3] hoofdelijk veroordeelt tot betaling van € 8.512,50, bestaande uit een hoofdsom van € 7.750,00 en buitengerechtelijke incassokosten van € 762,50, te vermeerderen met rente en kosten, alsmede te bepalen dat [de vennootschap] bevrijd zal zijn van alle verbintenissen voortvloeiend uit de overeenkomst, voor zover daarvan al sprake zou zijn, eventueel onder nader te stellen voorwaarden.
6.2.2.De door de curator gevorderde hoofdsom van € 7.750,00 is opgebouwd als volgt:
- een bedrag van € 2.000,00 ter zake het offertebedrag ad € 6.000,00 minus aanbetaling ad € 4.000,00;
- een bedrag van € 2.628,00 ter zake uitbreiden gasinstallatie;
- een bedrag van € 809,25 ter zake uitbreiding groepen in de meterkast;
- een bedrag van € 400,00 ter zake levering bekabeling set;
- een bedrag van € 440,00 ter zake leveren en plaatsen van wandcontactdozen achter de bar,
een en ander vermeerderd met 21% BTW, welk bedrag vervolgens is verminderd met € 685,47 in verband met opleverpunten.
6.2.3.De curator stelt dat er meerwerk is verricht en dat alle werkzaamheden die op de gewijzigde offerte (productie 3 bij inleidende dagvaarding) vermeld staan, alsmede het meerwerk, in opdracht van [geïntimeerde 2] zijn uitgevoerd.
6.2.4.[pizzeria] c.s. stelt dat de op de factuur berekende bedragen ad € 809,25 ter zake uitbreiding groepen in de meterkast, € 400,00 ter zake levering bekabeling set en € 440,00 ter zake leveren en plaatsen van wandcontactdozen achter de bar ten onrechte in rekening zijn gebracht. De elektrawerken zijn vóór 25 juli 2014 al besproken en opgenomen in de laatste offerte. Dienaangaande kan aldus geen sprake zijn van meerwerk, aldus [pizzeria] c.s. Bovendien zijn de in rekening gebrachte bedragen ook niet onderbouwd. Voorts betwist [pizzeria] c.s. dat er (mondelinge) opdrachten tot meerwerk zijn gegeven. De uitbreiding van de gasaansluiting is wel terecht als meerwerk in rekening gebracht, maar het bedrag van € 2.628,00 dat [de vennootschap] hiervoor heeft berekend, is niet met [geïntimeerde 2] overeengekomen. De uitbreiding van de gasaansluiting zou volgens mondelinge afspraak met [derde 1] en een zekere [derde 2] maximaal € 600,00 kosten, waarmee [geïntimeerde 2] en [geïntimeerde 3] hebben ingestemd, aldus [pizzeria] c.s. Voorts voert [pizzeria] c.s. aan dat [de vennootschap] heeft verzuimd om haar te wijzen op de financiële consequenties van een gewijzigde uitvoering van het werk.