7.1.Tussen partijen staat als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, gelet ook op de in zoverre niet betwiste inhoud van de in het geding gebrachte producties, het volgende vast.
[geïntimeerde 1] is bestuurder van [holding] BV en staat aan het hoofd van de [groep] (hierna: de groep). [geïntimeerde 2] is financieel manager en verricht werkzaamheden voor diverse werkmaatschappijen in de groep. [cranes & services] is een van deze werkmaatschappijen. [cranes & services] verhuurt en verkoopt hijskranen.
[appellanten] kon medio 2009 jegens [cranes & services] aanspraak maken op commissie in verband met de verhuur van een kraan aan [huurder] .
[appellanten] heeft vanaf april 2009 tot eind 2010 op basis van detachering vanuit [trading company] gewerkt bij een onderdeel van de groep. [appellanten] is op 1 januari 2011 in dienst getreden als directeur bij Global International Trading NV (hierna GIT), een ander onderdeel van de groep. De arbeidsovereenkomst van [appellanten] met GIT is op 1 januari 2012 voortijdig beëindigd. [appellanten] is op 1 januari 2012 in dienst getreden als directeur bij weer een ander onderdeel van de groep. Dit dienstverband is met wederzijds goedvinden beëindigd op 31 december 2012.
Medio 2011 heeft [appellanten] 5% van de aandelen in World Wide Equipment NV (hierna WWE), een ander onderdeel van de groep, gekocht van GIT, tegen betaling van een koopprijs van € 923.806. De koopprijs is gebaseerd op de intrinsieke waarde van de aandelen op 1 juli 2010 zoals berekend door [geïntimeerde 2] in een door hem opgesteld financieel overzicht per 30 juni 2010 dat destijds aan [appellanten] is verstrekt. GIT heeft voor de voldoening van de koopprijs aan [appellanten] een geldlening verstrekt van € 923.806 tegen een rente van 4% per jaar. [appellanten] is vanaf 1 juli 2010 economisch eigenaar van de aandelen. De aandelen zijn op 2 januari 2012 aan hem geleverd.
GIT heeft [appellanten] medegedeeld dat de koopprijs en de hoofdsom van de geldlening naar beneden worden bijgesteld tot € 809.020 omdat een consolidatiecorrectie in de jaarrekening 2010 had moeten worden meegenomen bij de bepaling van de waarde van de aandelen.
[appellanten] heeft op 31 december 2012 de aandelen in WWE aan GIT geleverd.
[trading company] heeft op 2 januari 2013 aan [cranes & services] een factuur gestuurd voor commissie over de verhuur van een kraan aan [huurder] in de periode vanaf 29 juli 2009 tot 29 januari 2011. [cranes & services] heeft deze factuur niet voldaan.
[geïntimeerde 2] heeft op 5 juni 2013 de waarde van de op 31 december 2012 door [appellanten] aan GIT geleverde aandelen berekend op € 816.893 per 31 december 2012. [geïntimeerde 2] heeft € 816.893 in mindering gebracht op het uitstaande saldo van de geldlening. [geïntimeerde 2] heeft berekend dat [appellanten] daarna nog € 75.788 moest betalen in verband met de geldlening. [appellanten] heeft dit bedrag niet betaald.
[appellanten] heeft bij e-mail van 1 juli 2013 veel cijfers opgevraagd om de juistheid van de berekening van [geïntimeerde 2] te controleren. [geïntimeerde 2] heeft hem de goedgekeurde jaarrekeningen van WWE over 2010, 2011 en 2012 toegestuurd.
[appellanten] heeft bij brieven van 21 maart 2014 en 14 mei 2014 [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] aangemerkt als feitelijk leidinggevenden van alle betrokken vennootschappen en hen aansprakelijk gesteld dan wel tot nakoming gesommeerd. [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] hebben hieraan geen gehoor gegeven.
GIT heeft op 27 maart 2014 een verzoekschrift ingediend bij het Gerecht in Eerste Aanleg te Curaçao waarin zij verzoekt [appellanten] te veroordelen tot betaling van € 75.788, te vermeerderen met rente en kosten. [appellanten] heeft in reconventie inzage verzocht in stukken. Hij heeft ook verzocht een deskundige te benoemen. Hij heeft gevorderd GIT te veroordelen tot nakoming van haar verplichtingen dan wel tot het voldoen van schadevergoeding, nader op te maken bij staat.