ECLI:NL:GHSHE:2018:2222

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
23 mei 2018
Publicatiedatum
23 mei 2018
Zaaknummer
20-000163-17
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voetbalgeweld en openlijke geweldpleging tegen politie tijdens wedstrijd PSV - Ajax

In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 23 mei 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant. De verdachte, een supporter van PSV, werd beschuldigd van openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen en goederen tijdens ongeregeldheden na de voetbalwedstrijd PSV - Ajax op 1 maart 2015 in Eindhoven. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een taakstraf van 240 uren, waarvan 100 uren voorwaardelijk, en een gebiedsverbod van 1 jaar. De verdachte ging in hoger beroep tegen deze veroordeling.

Tijdens de zitting heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die een lagere taakstraf van 140 uren, subsidiair 70 dagen hechtenis, heeft gevorderd. De verdediging pleitte voor vrijspraak, maar het hof oordeelde dat de verdachte wel degelijk betrokken was bij het geweld. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op de bewuste dag met anderen openlijk geweld heeft gepleegd tegen politieambtenaren, waaronder het gooien van vuurwerk en andere voorwerpen. Het hof heeft het eerdere vonnis vernietigd en de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 150 uren, subsidiair 75 dagen hechtenis. Het hof benadrukte de ernst van het voetbalgeweld en de impact daarvan op de openbare orde en veiligheid.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer : 20-000163-17
Uitspraak : 23 mei 2018
TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant van 17 januari 2017 in de strafzaak met parketnummer
01-150948-16 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1993 ,
wonende te [adres] .
Hoger beroep
Bij vonnis waarvan beroep is verdachte ter zake van openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen en goederen veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 240 uren, subsidiair 120 dagen hechtenis, waarvan 100 uren, subsidiair 50 dagen hechtenis voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. Voorts is aan verdachte als maatregel een gebiedsverbod opgelegd voor de duur van 1 jaar, met vervangende hechtenis voor de duur van 14 dagen bij iedere overtreding van deze maatregel.
De verdachte heeft tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis van de rechter in eerste aanleg zal bevestigen, behoudens ten aanzien van de in dat vonnis opgelegde straf en, opnieuw rechtdoende, de verdachte zal veroordelen tot een taakstraf voor de duur van 140 uren, subsidiair 70 dagen hechtenis.
Door de verdediging is vrijspraak bepleit en subsidiair een strafmaatverweer gevoerd.
Vonnis waarvan beroep
Het hof kan zich op onderdelen niet met het beroepen vonnis verenigen. Om redenen van efficiëntie zal het hof evenwel het gehele vonnis vernietigen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 1 maart 2015 te Eindhoven met een ander of anderen, op of aan de openbare weg, te weten op een plein nabij het [naam café] en/of op/bij de kruising Vonderweg/Mathildelaan, in elk geval op of aan de openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen personen, welk geweld bestond uit:
- het gooien van vuurwerk/een brandende fakkel op/tegen het schild van een politieambtenaar en/of op/tegen het lichaam van een politieambtenaar en/of
- het (meermalen) gooien van een (houten) plaat, in elk geval een voorwerp, naar/in de richting van één of meerdere politieambtena(a)r(en), althans in de richting van één of meerdere personen en/of
- het meermalen slaan en/of schoppen in de richting van één of meerdere politieambtena(a)r(en) en/of
- het aannemen van/staan in een gevechtshouding nabij/in de richting van één of meerdere politieambtena(a)r(en) en/of
- het gooien van een geleidebak, althans een voorwerp, in de richting van een lid van de bereden politie, althans richting een persoon en/of
- het (met versnelde pas) (groepsgewijs) lopen in de richting van één of meerdere politieambtena(a)r(en), waarbij verdachte en/of één of meer van zijn mededader(s) zijn/hun gezicht gedeeltelijk met (een) capuchon(s) bedekt had(den) en/of
- het maken van opruiende/provocerende (arm)bewegingen in de richting van zijn mededader(s) en/of in de richting van één of meerdere politieambtena(a)r(en) en/of
- het (meermalen) gooien van (een) ste(n)en, althans (een) (hard(e)) voorwerp(en), in de richting van één of meerdere politieambtena(a)r(en) en/of op/tegen een voet van [verbalisant 1] en/of op/tegen een knie van [verbalisant 2] en/of
- het gooien van een (bier)glas met vloeistof richting één of meerdere politieambtena(a)r(en) en/of op tegen het hoofd/gezicht van [verbalisant 2]
en/of goederen, welk geweld bestond uit:
- het gooien van een (houten) plaat, althans een voorwerp en/of
- het slaan en/of schoppen/trappen in de richting van een dienstpaard van de politie en/of
- het gooien van een stok, althans van een voorwerp, in de richting van een dienstpaard van de politie en/of
- het omgooien/omtrekken/omduwen van een (verkeers)bord en/of
- het trappen/schoppen op/tegen een personenauto en/of
- het slaan op/tegen een dienstvoertuig van de politie en/of Mobiele Eenheid en/of
- het gooien van een flesje/blikje op/tegen een dienstvoertuig van de politie en/of Mobiele Eenheid.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten of omissies zijn verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 1 maart 2015 te Eindhoven met anderen, op of aan de openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen personen, welk geweld bestond uit:
- het gooien van vuurwerk/een brandende fakkel tegen het schild van een politieambtenaar en
- het gooien van een houten plaat in de richting van politieambtenaren en
- het meermalen slaan en schoppen in de richting van politieambtenaren en
- het aannemen van een gevechtshouding nabij politieambtenaren en
- het gooien van een geleidebak in de richting van een lid van de bereden politie en
- het maken van opruiende armbewegingen in de richting van zijn mededaders en in de richting van politieambtenaren en
- het gooien van stenen in de richting van politieambtenaren en op een voet van [verbalisant 1] en tegen een knie van [verbalisant 2] en
- het gooien van een (bier)glas met vloeistof richting politieambtenaren en tegen het gezicht van [verbalisant 2]
en goederen, welk geweld bestond uit:
- het gooien van een houten plaat en
- het slaan en schoppen/trappen in de richting van een dienstpaard van de politie en
- het gooien van een stok in de richting van een dienstpaard van de politie en
- het trappen tegen een personenauto en
- het slaan tegen een dienstvoertuig van de Mobiele Eenheid en
- het gooien van een flesje tegen een dienstvoertuig van de Mobiele Eenheid.
Het hof acht niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, zodat hij daarvan zal worden vrijgesproken.
Bewijsmiddelen
In de volgende bewijsmiddelen wordt – tenzij anders vermeld – verwezen naar dossierpagina’s van het doorgenummerde dossier van de regiopolitie Oost-Brabant, districtsrecherche Eindhoven met het proces-verbaalnummer BVH 2015048178, opgemaakt door [verbalisant 3] sluitingsdatum 11 mei 2015, pagina 1 t/m 631.
Alle te noemen processen-verbaal zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde verbalisanten. Alle verklaringen zijn, voor zover nodig, zakelijk weergegeven.
Het relaas van de verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 5] (blz. 22):
Op 1 maart 2015 werd in het Philips Stadion te Eindhoven de wedstrijd PSV - Ajax
gespeeld. Op genoemde dag en datum, omstreeks 18:30 uur bevonden wij ons buiten het stadion waar op dat moment ongeregeldheden plaatsvonden. Wij zagen dat de Mobiele Eenheid van de politie een groep van naar schatting 70 personen terug dreef in de richting van [naam café] . Tijdens het terugdrijven door de Mobiele Eenheid werd met diverse zaken gegooid in de richting van de politie. Op een gegeven moment was het de Mobiele Eenheid, met behulp van de bereden politie, gelukt om de groep terug te drijven zodat deze groep zich op het voorplein van [naam café] bevond. De Mobiele Eenheid organiseerde een linie dwars over de kruising met als doel om de groep tegen te houden. Wij stonden direct achter de linie van de Mobiele Eenheid en hadden zodoende zicht op de groep die op het voorplein van [naam café] stonden. Wij zagen dat uit deze groep diverse zaken in onze richting werd gegooid. Zo werd er meerdere keren vuurwerk, in de vorm van rookpotten en fakkels gegooid. Ook zagen wij dat er diverse stukken stoeptegel in onze richting werd gegooid. Verder zagen wij ook nog blikjes vliegen en hoorden wij glaswerk op de openbare weg vallen. Dit alles komende uit de richting van het voorplein van [naam café] en gegooid in de richting van de politie.
Het relaas van de verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7] (blz. 60):
Op 1 maart 2015 omstreeks 18:42 uur waren wij belast met de handhaving van de openbare orde tijdens de wedstrijd PSV- Ajax. Op genoemde dag datum en tijd waren er grote ongeregeldheden na de genoemde wedstrijd. Deze verstoringen van de openbare orde vonden plaats op de openbare weg, zijnde Mathildelaan, Vonderweg, Elisabethtunnel, tussen het stadion en [naam café] . Aldaar zagen wij een grote groep van honderden PSV probleem supporters tegen over een Mobiele Eenheid linie staan. Wij zagen dat een groot aantal van deze probleem supporters geweld gebruikte in de richting van de Mobiele Eenheid. Wij zagen dat deze groep shirts droegen van PSV en gezamenlijk en verenigd dit geweld uitoefende. Wij zagen dat een man, welke later [betrokkene 1] bleek te zijn, naar de Mobiele Eenheid linie rende en een ontstoken fakkel naar de Mobiele Eenheid gooide. Wij zagen dat deze fakkel tegen het schild van een Mobiele Eenheid sloeg en op de grond viel vlak voor de linie. Wij zagen dat verdachte een capuchon droeg met daar onder een zwart petje.
Het relaas van de verbalisanten [verbalisant 8] , [verbalisant 9] en [verbalisant 7] (blz. 154 en
155):
Op 1 maart 2015 waren wij belast met de handhaving van de openbare orde rondom de voetbalwedstrijd PSV - Ajax. Op genoemde datum, omstreeks 18:30 uur, reden wij in ons dienstvoertuig over de Mathildelaan te Eindhoven ter hoogte van [naam café] . Hier bevonden zich honderden PSV supporters welke zich massaal tegen de politie keerde. Hierbij werd extreem veel geweld gebruikt richting de politie. Het geweld dat tegen de politie werd gebruikt bestond onder andere uit het trappen en slaan, gooien van hekwerken en ander verkeermateriaal, het gooien van zwaar vuurwerk het gooien van stenen (stoeptegels) en het gooien van ander gooi en smijtwerk richting de politie. Wij, [verbalisant 7] en [verbalisant 8] , zagen tussen de supporters van PSV een man, welke later [betrokkene 2] bleek te zijn, met een grote witte houten plaat in zijn handen staan. Wij zagen dat [betrokkene 2] de plaat met kracht richting de collega's van de Mobiele Eenheid gooide.
Het relaas van de verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 4] (blz. 243 en 244):
Op 1 maart 2015 omstreeks 18:30 uur bevonden wij ons op de openbare weg, De Vonderweg te Eindhoven. Dit is een weg gelegen aan het Philips Stadion, waar ook [naam café] aan gelegen is waar de harde kern van PSV samenkomt, zowel voor, tijdens en na de wedstrijd. Wij bevonden ons op de kruising Vonderweg/PSV-laan, op ongeveer 50 meter afstand van [naam café] . Wij zagen dat er een supporters rel plaats vond waarbij er door de Mobiele Eenheid een linie was gevormd om te voorkomen dat er een groep van ongeveer 70 personen, komende vanuit de richting van [naam café] , de Vonderweg op konden gaan. Hierbij zagen wij dat er een persoon voorop stond en met gebalde vuisten, een gevechtshouding aannam ten opzichte van de Mobiele Eenheid. Wij kennen deze persoon als de ons ambtshalve bekende [betrokkene 3] .
Het relaas van verbalisant [verbalisant 10] (blz. 246):
Op 1 maart 2015 werd in het Philips Stadion te Eindhoven de wedstrijd PSV - Ajax gespeeld. De wedstrijd was afgelopen omstreeks 18:30 uur. Omstreeks 18:20 uur bevond ik mij op het voorplein van het stadion met zicht op [naam café] . Op enig moment zag ik een groep personen van ongeveer 30 a 40 man, in versneld tempo weglopen bij [naam café] in de richting van de Vonderweg. Ik zag dat verschillende personen binnen deze groep capuchons en handschoenen droegen. Ik zag dat deze groep een groep personen aanviel. Ik zag dat er gevochten werd tussen beide groepen. Direct zagen wij dat de groep die aangevallen werd door de probleemsupporters van PSV collega's betroffen van de aanhoudingseenheid. Ik zag dat er vrijwel direct collega's van de Mobiele Eenheid ter plaatse waren en dat zij middels een linie vormden en de probleemsupporters van PSV terug drongen in de richting van [naam café] . Ik zag dat tijdens het terugdringen van de probleemsupporters een charge werd uitgedeeld door de beredenen. Ik zag dat de mij ambtshalve bekende [betrokkene 3] tijdens het chargeren van de beredenen een flexibele geleidebak oppakte van de straat en deze met kracht en opzet in de richting van de bereden politie gooide. Ik zag dat de geleidebak net voor een van de paarden op de grond viel.
Het relaas van verbalisant [verbalisant 11] (blz. 37 t/m 40):
Op 1 maart 2015 werd de voetbalwedstrijd PSV - Ajax gespeeld in het PSV Stadion, gelegen aan de Frederiklaan 10 te Eindhoven. Diezelfde dag omstreeks 18:20 uur, hadden wij positie ingenomen op de PSV-laan, net voor de kruising met links van ons, zicht op de Elisabethtunnel, rechtdoor zicht op het [naam café] en de Mathildelaan en rechts van ons zicht op de Vonderweg te Eindhoven. Ik zag dat voor [naam café] ongeveer 80-100 mensen op het terras stonden. Ik zag dat een man erg opgefokt vanaf het terras van [naam café] de kruising opliep in de richting van de Vonderweg. Ik zag dat hij met zijn handen opruiend gebaarde: "meekomen", naar de mensen op het terras. Ik zag dat direct een groep van ongeveer 40 mensen met hem meeliep. Ik zag dat de omschreven man met grijze sweater zijn capuchon opdeed en zich als leider opstelde. Ik zag dat hij regelmatig omkeek en hij de mensen opruide met armgebaren en zag dat hij iets schreeuwde. Ik zag dat de groep steeds groter werd. Ik zag dat diverse mensen capuchons droegen, gezichtsbedekking op hadden en zag dat men handschoenen aandeed. Ik zag dat een gedeelte van die groep inmiddels de Vonderweg was overgestoken. Ik hoorde dat een collega-commandant over de portofoon riep dat de Mobiele Eenheid met spoed assistentie nodig had in verband met escalatie met ongeveer 200 mensen tegenover de Mobiele Eenheid, die erg gewelddadig waren voor [naam café] . Hierop gaf ik de chauffeur van ons dienstvoertuig om met spoed te rijden naar de kruising voor [naam café] . Toen wij met zwaailicht en sirene op de Vonderweg reden in de richting van genoemde kruising, zag ik dat de Mobiele Eenheid een linie had geformeerd in een kom-formatie, een halve cirkel, vanaf de middengeleider van de Elisabethtunnel tot en met de rechterrijbaan van de Mathildelaan, gezien vanuit onze richting, met het gezicht in de richting van [naam café] . Ik zag dat er diverse stenen, hekwerken, verkeersborden en flessen op de collega's en in de richting van de Mobiele Eenheid werden gegooid vanuit een groep van ongeveer 200 personen. Al deze personen stonden op het terras voor [naam café] . Ik hoorde diverse harde klappen van vuurwerk en zag daarbij felle lichtflitsen. Het leek op dat moment wel een oorlogsgebied. Ik zag dat er erg veel druk op de linie van de Mobiele Eenheid stond en zag dat de bereden collega's, met hun dienstpaarden aan het chargeren waren, vanaf de Vonderweg, de Elisabethtunnel in. Ik zag dat, terwijl de beredenen aan het chargeren waren, de relschoppers in eerste instantie aan de kant sprongen of weg renden, om vervolgens voorwerpen te gooien richting de ruiters en zelfs karatetrappen uitdeelden in de richting van en tegen de paarden. Ook zag ik dat men poogde een ruiter van het paard af te trekken. Ik hoorde intussen constant harde knallen van vuurwerk en voelde af en toe de druk van de ontploffingen op mijn lijf. Ik zag overal lichtflitsen en zag dat de Mobiele Eenheid linie die voor ons stond nog steeds volop werd bekogeld met allerlei materialen. Ik hoorde af en toe glas kapot spatten. Ik zag dat er ook met fakkels werd gegooid. Ik zag vervolgens dat een manspersoon een verkeersbord in zijn handen had, met een verzwaarde voet en hier dreigend mee op ons af kwam lopen. Ik zag dat hij afboog naar de Mobiele Eenheid-linie en het bord in hun richting gooide.
De verklaring van [verbalisant 1] (aangever) aan verbalisant (blz. 566):
Op 1 maart 2015 was ik omstreeks 18:30 uur werkzaam als groepslid van de Mobiele Eenheid. Dit ten behoeven van de wedstrijd PSV - Ajax. Ik was werkzaam in groepsverband in Eindhoven in de directe omgeving van het PSV stadion. Nadat de wedstrijd afgelopen was ontstonden er meerdere incidenten waarbij ik als groepslid samen met de andere groepsleden werd geacht op te treden. Ik zag dat op het moment dat ik in de linie stond met de mede groepsleden en sectieleden, dat er een manspersoon een steen in mijn richting gooide. Ik voelde dat deze steen terecht kwam op mijn rechterschoen. Dit op de linkerzijde van de wreef van mijn rechtervoet. Ik voelde door deze steen een pijnscheut in mijn rechtervoet.
Het relaas van verbalisant [verbalisant 2] (blz. 577 en 578):
Op 1 maart 2015 was ik in dienst van Politie Nederland, eenheid Oost-Brabant. Ik was belast met toezicht openbare orde rondom de wedstrijd PSV - Ajax. Ik maakte deel uit van de Mobiele Eenheid. Op voornoemde dag en datum ontstonden er ongeregeldheden in de directe nabijheid van het Philips Stadion. Om de ongeregeldheden te doen stoppen werd besloten tot de inzet van de Mobiele Eenheid. Ik kreeg het commando tezamen met de overige leden van het genoemde peloton een versnelde frontformatie te plaatsen ter hoogte van [naam café] gelegen aan de Elisabethtunnel te Eindhoven. Ik zag dat meerdere personen uit de groep welke agressief en lijnrecht tegenover ons stonden met stenen in hun (beide) handen stonden. Ik zag dat er stoeptegels werden vernield en daadwerkelijk werden gebruikt als gooi materiaal richting de politie. Vrijwel direct nadat er met stenen gericht werd gegooid op mijzelf en mijn collega's moest ik uitstappen om een gedeelte van een stoeptegel te ontwijken. Direct daaropvolgend zag ik dat er een plastic bierglas met een gele vloeistof in de richting van mijn gelaat werd gegooid. Vrijwel direct daarna zag ik op het laatste moment een halve stoeptegel op kniehoogte op mij afkomen. Ik kon deze halve stoeptegel niet meer ontwijken en voelde direct daaropvolgend een hevige pijn aan mijn linkerknie.
Het relaas van de verbalisanten [verbalisant 12] en [verbalisant 13] (blz. 55. 56 en 58):
Op 1 maart 2015 waren wij belast met het toezicht op en de handhaving van de openbare orde tijdens en rondom de voetbalwedstrijd PSV - Ajax. Wij stonden bij ons politievoertuig op het fietspad van de Vonderweg. Wij zagen dat er vanuit [naam café] een grote groep personen in onze richting kwamen gelopen. Wij zagen vervolgens dat de Mobiele Eenheid een linie vormden over de gehele breedte van de Vonderweg en richting deze groep liepen. Wij zagen vervolgens dat er een confrontatie tussen de Mobiele Eenheid en deze grote groep PSV-supporters plaats vond net na de kruising van de Mathildelaan met de Vonderweg, achter de Oost-Tribune van het stadion. Wij zagen vanaf een afstand dat er door meerdere supporters met voorwerpen werd gegooid richting de Mobiele Eenheid. Wij zagen dat er onder andere met een dranghek werd gegooid. Wij namen vervolgens met ons politievoertuig plaats achter de linie van de Mobiele Eenheid en parkeerden het voertuig net voor de kruising van de Mathildelaan met de Vonderweg, nog achter de Oost-Tribune. Wij zagen dat de Mobiele Eenheid inmiddels opgerukt was richting [naam café] en in een diagonaal midden op de kruising Mathildelaan met de Vonderweg stonden, recht tegenover [naam café] Wij zagen dat de agressie van de PSV-supporters ook kwam vanuit [naam café] . Wij zagen dat het plein voor deze stadionbar helemaal vol stond met supporters en dat er vanuit deze groep gegooid werd met stenen, een verkeersbord, zwaar vuurwerk en Bengaalse vuurfakkels. Wij hebben vervolgens de politieruiters meerdere malen de tunnelbak van de Elisabethtunnel in zien chargeren, dit om de tunnelbak en rijbaan vrij te houden van relschoppers. Wij zagen dat elke keer als de politieruiters [naam café] passeerden, de menigte die voor deze bar stonden massaal in de richting van ruiters en paarden stormde en in de richting van de ruiters en paarden schopten, sloegen en gooiden. Wij hebben meerdere personen "karatetrappen" in de richting van de paarden zien maken.
Het relaas van verbalisant [verbalisant 14] (blz. 485 en 486):
Ik maak sinds 9 maart 2015, deel uit van het onderzoeksteam welke onderzoek doet naar de ongeregeldheden die hebben plaats gevonden na de voetbalwedstrijd tussen PSV en Ajax. gespeeld op 1 maart 2015. Tot en met 16 maart 2015, ben ik belast geweest met het opsporen van strafbare feiten, door middel van het uitkijken van alle beschikbare camerabeelden ten tijde van de ongeregeldheden. In deze periode heb ik al deze beelden meerdere malen zorgvuldig bekeken. Ik zag op camera "16-OG" van het Philips Stadion, op tijdspanne 18:42:50, een persoon staan voor het plein voor [naam café] . Ik zag dat de persoon stond op de rijbaan van de straat Elisabethtunnel te Eindhoven. Ik zag dat de persoon een lange stok in zijn handen had. Ik zag dat op dit moment de leden van de beredenen van de Mobiele Eenheid een charge maakten over de Elisabethtunnel in de richting van de Vonderweg. Ik zag op tijdspanne 18:42:51 dat op het moment dat de beredenen passeerden, de hierboven beschreven persoon de stok met kracht gooide in de richting van de beredenen. Ik zag dat de stok daadwerkelijk het paard raakte.
Het relaas van verbalisant [verbalisant 15] (blz. 414):
Naar aanleiding van de ongeregeldheden die op 1 maart 2015, na de voetbalwedstrijd PSV - Ajax plaatsvonden in de gemeente Eindhoven werd er een onderzoeksteam opgestart. Ik ben werkzaam in dit team en bekeek de beelden die vastgelegd waren met diverse bewakingscamera's welke geplaatst zijn rondom de Mathildelaan en de Vonderweg te Eindhoven. Op 12 maart 2015 omstreeks 10:00 uur, bekeek ik de opgenomen camerabeelden van camera 16-OG. Hierop is te zien dat er op 1 maart 2015, omstreeks 18:22.05 uur, een grote groep personen vanaf het [naam café] wegloopt in de richting van de Vonderweg te Eindhoven. Op de beelden zag ik dat een persoon uit die groep op 1 maart 2015 omstreeks 18:22:56 uur, de Vonderweg oversteekt en vervolgens opzettelijk met zijn linkervoet tegen een witte personenauto trapt die hem tegemoet komt gereden over de Vonderweg uit de richting van de Willemstraat.
Het relaas van verbalisant [verbalisant 16] (blz. 68 en 69):
Op 1 maart 2015 was ik belast met de toezicht openbare orde rondom de wedstrijd PSV - Ajax die om 16:45 uur gespeeld werd in het Philips Stadion te Eindhoven. Ik deed dienst als spotter met als taak om de fanatieke aanhang, waaronder ook probleem supporters van de voetbalclub PSV in beeld te krijgen en hun bewegingen nauwlettend in de gaten te houden. Ik heb door mijn ervaring als spotter sinds 2001 en lid van de aanhoudingseenheid, een uitgebreide kennis over de probleemsupporters van PSV. Na afloop van deze wedstrijd werd, na een confrontatie van een aantal probleemsupporters met de aanhoudingseenheid opgetreden door de Mobiele Eenheid op de Vonderweg te Eindhoven. Ik liep achter de linie van de Mobiele Eenheid in de richting van [naam café] . Het is mij bekend dat een merendeel van de probleemsupporters zich voor, tijdens en na wedstrijden van PSV zich bij dit café verzamelen. Ik zag dat er vanuit de richting van [naam café] een groot aantal personen in de richting van de linie van de Mobiele Eenheid gelopen kwam. Ik zag dat er door diverse personen met voorwerpen in de richting van de Mobiele Eenheid werd gegooid. Ik zag dat er door meerdere personen gebaren werden gemaakt waaruit ik opmaakte dat ze de confrontatie met de Mobiele Eenheid wilde aangaan. Ik zag tussen de personen de mij, ambtshalve bekende [betrokkene 4] staan. Ik zag dat hij met armgebaren zich in de richting van de Mobiele Eenheid bewoog. Ik zag ook dat hij voorop stond en liet zien dat hij alleen ook dichtbij de linie van de Mobiele Eenheid durfde te komen. Naar aanleiding van het openlijk geweld wat er na de wedstrijd PSV - Ajax richting de Mobiele Eenheid werd gepleegd, werd ik op 3 maart 2015, door een collega van het Bureau Voetbal & Evenementen, verzocht om camerabeelden te bekijken van de openlijke geweldpleging op 1 maart 2015. Op 4 maart heb ik de opgenomen, onbewerkte ruwe beelden alleen bekeken. Ik zag dat de beelden afkomstig waren van de camera die op het voorplein van het Philips Stadion stond. Ik zag op het scherm camera 16 staan. Ik bekeek de beelden. Ik zag bij tijdspanne 18:21:10, dat is ongeveer tijdens de laatste speelminuten van de wedstrijd PSV - Ajax dat een groep personen vanaf het voorplein van [naam café] in de richting van de kruising Vonderweg liep. Ik zag dat dit ook de richting was van het Philips Stadion. Ik zag dat voorop in de groep een jongen liep met gezet postuur en gemillimeterd haar. Ik zag dat deze jongen een grijze trui droeg met 1 zwarte mouw. Ik zag dat deze persoon de mij, ambtshalve bekende [betrokkene 5] betrof. Het is mij bekend dat [betrokkene 5] een geruime tijd deel uitmaakte van de probleemsupporters van de PSV. Bij tijdspanne 18:32:21 zag ik dat [betrokkene 5] met zijn grijze trui en zwarte mouw voor [naam café] voor een grote groep mensen stond. Ik zag dat [betrokkene 5] continu vooraan stond en richting de linie van de Mobiele Eenheid keek. Ik zag bij tijdspanne 18:32:45 dat [betrokkene 5] met zijn armen gebaren maakt waaruit het lijkt alsof hij richting de linie van de Mobiele Eenheid wilde gaan. Ik zag bij tijdspanne 18:29:55, dat was het moment dat de Mobiele Eenheid op de kruising Vonderweg/Mathildelaan stond en belaagd werd door een grote groep personen, de eerder omschreven [betrokkene 4] op de beelden. Ik zag dat er door mij onbekende personen al voorwerpen richting de Mobiele Eenheid waren gegooid. Ik zag dat de eerder omschreven [betrokkene 4] met zijn zwarte trui en capuchon op zijn hoofd voor de linie van de Mobiele Eenheid bewoog. Ik zag dat hij enkele meters voor de grote menigte stond en duidelijk vooraan stond. Ik zag dat hij kort voor leden van de Mobiele Eenheid stond en zijn rechtervuist balde. Ik zag op het moment dat [betrokkene 4] zijn rechtervuist balde de leden van de Mobiele Eenheid voorwaarts liepen. Bij tijdspanne 18:30:21 zag ik dat deze zelfde [betrokkene 4] , nog steeds in de zelfde omschreven kleding met zijn rechter vlakke hand en met kracht een slaande beweging maakt in de richting van de rechterachterzijde van een dienstpaard. Ik zag dat hij dit deed op het moment dat er door de bereden politie een charge werd uitgevoerd en de paarden [betrokkene 4] passeerde. Bij tijdspanne 18:31:03 zag ik een jongen vanuit een groep personen vanuit de richting Philips Stadion een beweging, lijkend op een karatetrap maken. Ik zag dat deze jongen deze beweging maakte op het moment dat de paarden van de bereden politie tijdens een charge de jongen passeren. Ik zag dat de paarden uit de richting Elisabethtunnel kwamen en in de richting van de Vonderweg reden. Ik zag dat de jongen een jack droeg met zwarte en grijze vlakken. Ik zag dat deze vlakken diagonaal boven elkaar op de jas stonden. Ik zag dat jongen kort blond haar had en een normaal tot slank postuur had. Deze jongen zag ik voor de wedstrijd al bij [naam café] en herken ik als [medeverdachte 1] . Ik heb in het verleden meerdere keren gesproken met [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] maakte in het verleden ook deel uit van de groep probleemsupporters van PSV. Bij tijdspanne 18:32:22 zag ik [medeverdachte 1] naast een andere mij bekende jongen staan. Ik zag bij genoemde tijdspanne het gezicht van [medeverdachte 1] en kan met honderd procent zekerheid verklaren dat de jongen in het zwarte/grijze jack [medeverdachte 1] betrof. Ik zag ook dat dit de jongen was die de karatetrap richting een paard van de bereden politie maakte.
Het relaas van verbalisant [verbalisant 17] (blz. 528):
Op 1 maart 2015, omstreeks 19.02 uur was ik als lid van de Mobiele Eenheid werkzaam bij de wedstrijd PSV - Ajax te Eindhoven. Ik stond aan de linkerzijde van de linie. Vanuit de groep relschoppende PSV-supporters werden diverse voorwerpen in de richting van de Mobiele Eenheid gegooid. Deze voorwerpen betroffen onder andere: grote en kleine stukken steen, glazen flesjes, mobiele rijbaanafscheidingsborden, blikjes, afvalmateriaal, plastic flesjes en bekers en zeer zwaar vuurwerk. Ik zag dat er ongeveer 10 meter voor mij een jongen tegen de reling tussen de rijbaan en het hoger gelegen fietspad geleund stond. Ik zag dat deze jongen bukte en van de grond een voorwerp opraapte. Ik zag dat dit een blauwe plastic fles betrof. Ik zag dat hij vervolgens met een wijde zwaai de blauwe fles in de richting van de linie van de Mobiele Eenheid wierp. Ik zag dat de fles met een grote hoge boog door de lucht vloog en vlak achter de Mobiele Eenheid linie tegen een voertuig van de Mobiele Eenheid terecht kwam. Gezien de wijze waarop de fles door de lucht vloog, kan ik zeggen dat deze fles grotendeels nog gevuld was.
De verklaring van [medeverdachte 2] aan verbalisant (blz. 445):
Ik was op 1 maart 2015 aanwezig bij de wedstrijd PSV - Ajax. Ik kwam uit het stadion gelopen vanaf de Noordzijde en ben vervolgens naar [naam café] gelopen. Bij het oversteken naar het café zag ik al dat er veel politie op de straat stond. Ik zag dat de politie bezig was met zich te groeperen en vervolgens een charge uitvoerde. Ik was het op dat moment niet eens met het optreden van de politie. Toen de Mobiele Eenheid klaar was met hun werk heb ik nog een keer tegen de Mobiele Eenheid bus geslagen. Ik heb een trappende beweging gemaakt naar een politiepaard dat mij voorbij kwam gereden.
Het relaas van verbalisant [verbalisant 14] (blz. 505 t/m 508):
Ik maak sinds 9 maart 2015 deel uit van het onderzoeksteam welk onderzoek doet naar de ongeregeldheden die hebben plaats gevonden na de voetbalwedstrijd tussen PSV en Ajax, gespeeld op 1 maart 2015. Ik ben belast geweest met het opsporen va strafbare feiten, door middel van het uitkijken van alle beschikbare camerabeelden ten tijde van de ongeregeldheden. Op camera “16-OG” van het Philips stadion zag ik op tijdspanne 18:18:01 een persoon staan. Ik zag dat deze man een voorwerp in zijn hand had en dat hij zijn rechterarm naar achteren bewoog. Ter verduidelijking heb ik onderstaande afbeelding toegevoegd en hierbij de man met rood omcirkeld. Ik zag op tijdspanne 18:18:02 dat de man zijn rechterarm met kracht naar voren bewoog en dat hierbij het voorwerp zijn hand verliet en vloog in de richting van waar op dat moment diverse leden van de Mobiele Eenheid stonden.
De verklaring van verdachte ter terechtzitting in eerste aanleg d.d. 17 januari 2017, en in hoger beroep d.d. 9 mei 2018:
Ik was op 1 maart 2015 te Eindhoven in de buurt van de rellen rondom de wedstrijd PSV – Ajax aanwezig. Ik ben inderdaad de omcirkelde persoon op de foto’s op pagina 505 van het dossier.
Bewijsoverwegingen
De beslissing dat het bewezen verklaarde door de verdachte is begaan, berust op de
feiten en omstandigheden als vervat in de hierboven bedoelde bewijsmiddelen in onderlinge samenhang beschouwd.
Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de raadsman vrijspraak bepleit ten aanzien van het ten laste gelegde, omdat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan openlijke geweldpleging. Daartoe heeft de raadsman aangevoerd – kort weergegeven – dat op grond van het dossier niet vast te stellen is dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de in de tenlastelegging opgesomde vormen van geweld en dat hij slechts een wegwerpgebaar heeft gemaakt, wat niet als opruiend of provocerend gezien kan worden. Daarnaast heeft de raadsman aangevoerd dat uit het dossier niet blijkt dat verdachte een voorwerp in de richting van één of meerdere politieambtenaren heeft gegooid. Hierdoor heeft verdachte geen intellectuele en/of materiële bijdrage geleverd, zodat er geen sprake is van het in vereniging plegen van geweld. Ten slotte heeft de raadsman aangevoerd dat uit het dossier niet blijkt dat er sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking. Verdachte heeft de gewelddadige handelingen van de anderen niet ondersteund en heeft wellicht de groep slechts getalsmatig versterkt.
Het hof overweegt dienaangaande als volgt.
Uit de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen, in het bijzonder het relaas van verbalisant
[verbalisant 14] (p. 505 t/m 508) blijkt dat verdachte op enig moment een voorwerp in zijn hand heeft gehad, dat hij zijn arm naar achteren bewoog en dat hij vervolgens zijn arm met kracht naar voren bewoog en dat hierbij het voorwerp zijn hand verliet en vloog in de richting van waar op dat moment diverse leden van de Mobiele Eenheid stonden.
Op grond van het vorenstaande is het hof van oordeel dat vast is komen te staan dat verdachte wel degelijk met een voorwerp heeft gegooid in de richting van één of meerdere politieambtenaren. Voorts overweegt het hof dat verdachte zich niet heeft onttrokken van de groep die het geweld pleegde, ondanks dat hij hiertoe wel de mogelijkheid had. Hiermee heeft verdachte bewust gekozen voor deelname aan de groep die openlijk geweld pleegde en heeft aldus door zijn aanwezigheid in de groep en zijn handelen blijk gegeven van zijn intentie die was gericht op het plegen van geweld. Zijn aanwezigheid heeft geleid tot een getalsmatige vermeerdering van de groep en daarmee tot een bijdrage aan de sfeer van ontremming, die tot het geweld jegens leden van de politie, Mobiele Eenheid en goederen heeft geleid. Gelet hierop is het hof van oordeel dat verdachte een voldoende significante en wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan de openlijke geweldpleging. Aldus is er sprake van een nauwe en bewuste samenwerking.
Het hof verwerpt het verweer op al zijn onderdelen.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezen verklaarde wordt als volgt gekwalificeerd:

openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen en goederen.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten. Het feit is strafbaar.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.
Op te leggen straf en/of maatregel
Het hof heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarnaast is gelet op de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komende in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
Op 1 maart 2015 hebben zich na de voetbalwedstrijd tussen PSV – Ajax nabij het Philips Stadion in Eindhoven ernstige ongeregeldheden voorgedaan. Verdachte is één van de PSV supporters die zich daarbij schuldig heeft gemaakt aan openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen en goederen. Hierbij heeft verdachte een wezenlijke bijdrage gehad aan dit voetbalgeweld en het hof rekent dit verdachte aan. Verdachte heeft tijdens zijn handelen niet stilgestaan bij de nadelige gevolgen voor anderen. Voetbalgeweld treft doorgaans niet alleen de direct betrokkenen, maar ook openbare ordehandhavers en de bezoekers van wedstrijden die niet uit zijn op gewelddadige en vernielzuchtige gedragingen. Door zulke gedragingen kan de rechtsorde worden geschokt en in de maatschappij kunnen gevoelens van onrust en onveiligheid teweeg worden gebracht. Het voetbalspel, dat vermaak zou moeten bieden en toegankelijk zou moeten zijn voor iedereen, verliest zijn glans door relschoppers als verdachte.
Daarnaast heeft het hof gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte, welke tijdens het verhandelde ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. Ten slotte heeft het hof rekening gehouden met de omstandigheid dat sedert het plegen van het bewezen verklaarde inmiddels geruime tijd is verstreken.
Het hof is van oordeel dat gelet op de termijn gedurende welke verdachte getroffen is geweest door het gebiedsverbod dat door de politierechter is opgelegd en dat dadelijk uitvoerbaar was, het opleggen van een dergelijke maatregel thans niet meer aan de orde is.
Alles overziend is het hof van oordeel dat een taakstraf voor de duur van 150 uren, subsidiair 75 dagen hechtenis, passend en geboden is.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De beslissing is gegrond op de artikelen 9, 22c, 22d en 141 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
taakstrafvoor de duur van
150 (honderdvijftig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
75 (vijfenzeventig) dagen hechtenis.
Aldus gewezen door:
mr. O.M.J.J. van de Loo, voorzitter,
mr. S.C. van Duijn en mr. M.J. Grapperhaus, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. J. de Leijer, griffier,
en op 23 mei 2018 ter openbare terechtzitting uitgesproken.