Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[geïntimeerde] ,wonende te [woonplaats] ,
[Holding] Holding B.V.,gevestigd te [vestigingsplaats] ,
Drankenhuys [Drankenhuys 1] Holding B.V.,gevestigd te [vestigingsplaats] ,
Drankenhuys [Drankenhuys vestigingsnaam] B.V.,
1.Het verloop van de procedure
- het tussenarrest van 5 december 2017;
- het pleidooi van 16 april 2018, waarbij partijen pleitnotities hebben overgelegd;
- de brief van 16 maart 2018 waarbij de advocaat van [geintimeerden c.s.] een productie heeft toegezonden, die hij bij het pleidooi bij akte in het geding heeft gebracht.
2.De beoordeling
€ 77.318,--.
Verkoper ( [enig en zelfstandig bestuurder van Holding 2] : toevoeging hof) een vordering heeft op (hoofdelijk) Drankenhuys [Drankenhuys 1] Holding B.V. (KvK [KvK-nummer 1] ), [Holding] Holding B.V. (KvK [KvK-nummer 2] ) en de heer [geïntimeerde] uit hoofde van onrechtmatige daad (vereffenaarsaansprakelijkheid; artikel 6:162 BW jo artikel 2:9 BW jo. Artikel 2:23a lid 1 BW) (hierna:“de vordering”);
Verkoper en Koper hebben afgesproken dat Verkoper de vordering verkoopt en cedeert aan Koper, voor een koopprijs gelijk aan de uiteindelijke bruto incasso opbrengst van de vordering
Verkoper ( [Holding 2] Holding: toevoeging Rechtbank) een vordering heeft op Drankenhuys [Drankenhuys vestigingsnaam] B.V.(…) uit hoofde van een leningsovereenkomst d.d. 7 juli 2011 (nominaal € 18.000,-);
Verkoper het recht heeft de koopovereenkomst ter zake de aandelen van Verkoper in Drankenhuys [Drankenhuys 1] Holding B.V.(…) te vernietigen op grond van een wilsgebrek, waarna haar een vordering op [Holding] Holding B.V. (…) toekomt uit hoofde van onverschuldigde betaling van de koopprijs ad €120.000,-;(…)
"Conclusie is wel dat een serieuze winst essentieel voor je is om je lening en rente te kunnen blijven betalen."
"Uit de notulen van voormelde vergadering(d.d. 18 februari 2014; toev. hof)
blijkt dat de opening van een tweede winkel aan [A-straat] mede met instemming van [enig en zelfstandig bestuurder van Holding 2] heeft plaatsgevonden alsmede dat de omzetdaling het gevolg is van gewijzigde omstandigheden nabij de plaats van vestiging van [Drankenhuys 2] BV. "
"onmiddellijk betrokken persoon”als bedoeld in art.3:302 BW kan worden beschouwd, dan leidt dat niet tot toewijzing van de gevorderde verklaring voor recht dat de koopovereenkomst rechtsgeldig is vernietigd. Uit hetgeen hiervoor ten aanzien van grieven 6, 8, 3 en 4 is overwogen volgt immers dat de koopovereenkomst niet kan worden vernietigd op grond van de door Rabobank gestelde wilsgebreken.