ECLI:NL:GHSHE:2018:1634
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- P.T. Gründemann
- M.E.F.H. van Erve
- T.A. de Roos
- Rechtspraak.nl
Bevestiging ontnemingsvordering met andere motivering door Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 18 april 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Brabant van 3 april 2015. De zaak betreft een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, waarbij de rechtbank de vordering had afgewezen. De officier van justitie heeft hoger beroep ingesteld en vorderde dat het hof het vonnis zou vernietigen en het wederrechtelijk verkregen voordeel zou vaststellen op € 104.516,80, met de verplichting voor de veroordeelde om € 94.000,- aan de Staat te betalen. De verdediging heeft primair afwijzing van de ontnemingsvordering bepleit en subsidiair matiging van de vordering.
Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, maar met een andere motivering. Het hof heeft vastgesteld dat de veroordeelde eerder was veroordeeld voor het medeplegen van het aanwezig hebben van hennep en diefstal, maar dat er geen bewijs was dat de veroordeelde voordeel had genoten uit de bewezen verklaarde feiten. De beslissing van het hof is genomen na onderzoek op de terechtzitting, waarbij het hof kennis heeft genomen van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdediging. Het hof heeft uiteindelijk besloten om de ontnemingsvordering af te wijzen, maar bevestigde het vonnis van de rechtbank op basis van andere overwegingen.