ECLI:NL:GHSHE:2017:6084

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
13 april 2017
Publicatiedatum
5 juni 2018
Zaaknummer
000349-17
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van voorlopige hechtenis in verband met plaatsing in TBS kliniek

Op 13 april 2017 heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende de schorsing van de voorlopige hechtenis van een verdachte. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van de rechtbank Oost-Brabant, waarin het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis was afgewezen. Het hof heeft de akte van de griffier van de rechtbank bekeken en de beschikking waarvan beroep in overweging genomen. Tijdens de zitting heeft het hof de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouwe, gehoord.

Na afweging van de strafvorderlijke belangen en de persoonlijke belangen van de verdachte, heeft het hof geoordeeld dat de persoonlijke belangen van de verdachte prevaleren. Het hof is van mening dat de voorlopige hechtenis dient te worden geschorst vanaf het moment dat de verdachte in een TBS kliniek kan worden geplaatst ter executie van een eerder arrest van het gerechtshof Arnhem/Leeuwarden. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd en het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis toegewezen.

De beschikking is op 13 april 2017 gedaan door de voorzitter mr. A.J.M. van Gink, samen met mr. F.J.M. Walstock en mr. G.P.M.F. Mols, in tegenwoordigheid van mw. J.C.M. van Hoorn, griffier. De advocaat-generaal heeft de beschikking ter kennis van de verdachte gebracht. De schorsing van de voorlopige hechtenis gaat in op de datum waarop de verdachte in de TBS kliniek wordt geplaatst.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Afdeling strafrecht
Bijzondere zaak, nummer: [nummer]
Parketnummer 1e aanleg: [nummer]
Het gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft gezien de akte van de griffier van de rechtbank Oost-Brabant van [datum], waarbij namens:
[naam]
geboren [datum] te [plaats]
thans verblijvende in [detentieadres]
hoger beroep is ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank Oost-Brabant van
[datum], bij welke beschikking het verzoek tot schorsing van de aan [naam] opgelegde voorlopige hechtenis werd afgewezen.
Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep.
Het hof heeft gehoord de advocaat-generaal en verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouwe.
Het hof stemt niet in met de beschikking van de rechtbank.
Bij afweging van de strafvorderlijke belangen en de persoonlijke belangen van verdachte prevaleren de laatstbedoelde belangen.
Het hof is van oordeel dat de voorlopige hechtenis dient te worden geschorst vanaf het moment dat verdachte in een TBS kliniek wordt geplaatst.
Op grond daarvan vernietigt het hof de beslissing van de rechtbank en wijst het verzoek tot schorsing toe.

BESCHIKKENDE IN HOGER BEROEP:

Wijst toe het hoger beroep.
Vernietigt de beschikking waarvan beroep.
Wijst toe het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Beveelt dat de voorlopige hechtenis van verdachte zal worden geschorst met ingang van
de datum waarop verdachte in een TBS kliniek wordt geplaatst ter executie van het arrest van het gerechtshof Arnhem/Leeuwarden [datum].
Aldus gedaan op 13 april 2017
door mr. A.J.M. van Gink, voorzitter, mr. F.J.M. Walstock en mr. G.P.M.F. Mols, in tegenwoordigheid van mw. J.C.M. van Hoorn, griffier.
De advocaat-generaal bij dit Gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van verdachte.
's-Hertogenbosch, 13 april 2017
Gezien d.d.
De directeur van [detentieadres]