Uitspraak
[de VOF] ,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
4.De uitspraak
Vennootschap Onder Firma Restaurant [de VOF], gevestigd te [postcode] [vestigingsplaats] , [adres] , in staat van faillissement;
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 14 december 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep over het faillissement van een vennootschap onder firma (vof) die een restaurant exploiteert. De vennootschap, hierna te noemen [de vennootschap], had eerder in eerste aanleg een verzoek ingediend om de vof in staat van faillissement te verklaren, maar dit verzoek was door de rechtbank Oost-Brabant afgewezen op 31 oktober 2017. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de vordering van [de vennootschap] op de vof, en dat er bovendien een tegenvordering van de vof op [de vennootschap] bestond.
In hoger beroep heeft [de vennootschap] het verzoek herhaald, waarbij zij stelde dat de rechtbank ten onrechte had overwogen dat haar vordering summierlijk was gebleken. Het hof heeft de mondelinge behandeling op 6 december 2017 gehouden, waarbij de heer [bestuurder van de vennootschap] en mr. J.J.P.T. van Summeren, de advocaat van [de vennootschap], zijn gehoord. Het hof heeft vastgesteld dat de vof zich in een toestand van betalingsonmacht bevond, en dat er sprake was van een pluraliteit van schuldeisers, waaronder een steunvordering van de verhuurder van het restaurant.
Het hof heeft geconcludeerd dat de vordering van [de vennootschap] summierlijk aannemelijk was gemaakt en dat de vof niet in staat was om aan haar betalingsverplichtingen te voldoen. Daarom heeft het hof de beschikking van de rechtbank vernietigd en de vof alsnog in staat van faillissement verklaard. De curator is benoemd en de rechter-commissaris is aangewezen. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken op 14 december 2017.