Voor de door [appellante] als verweer in conventie ingeroepen (tegen)vordering tot schadevergoeding en de in reconventie gevorderde gedeeltelijke ontbinding is hier op basis van de artikelen 6:74 lid 2 BW en 6:265 lid 2 BW vereist dat [geïntimeerde] in verzuim is. Nu [geïntimeerde] zich er niet op beroept dat de vertraging hem niet viel toe rekenen of nakoming al blijvend onmogelijk was, treedt het verzuim volgens artikel 6:82 lid 1 BW in wanneer de schuldenaar na schriftelijke ingebrekestelling niet binnen de daarbij aangezegde redelijke nakomingstermijn (alsnog) nakwam. De ingebrekestelling dient niet om het verzuim vast te stellen, maar om de schuldenaar nog een laatste termijn voor nakoming te geven zonder dat van een tekortkoming sprake is, bij gebreke waarvan de schuldenaar daarna in verzuim raakt.
Waar [appellante] benadrukt dat de projectuitvoerder aan haar bij e-mail van 13 mei 2015 schreef:
De Kwaliteit van de gevelbekleding van de leien voldoet niet aan om het zo op te leveren aan de opdrachtgever.
Graag zo vlug mogelijk oplossen.
Het steiger dat er voor staat gaat 21-5-2015 weg.
kan daaruit echter geen duidelijke opsomming van vermeende gebreken of aanzegging van een redelijke nakomingstermijn worden opgemaakt.
Voor zover [appellante] onder doorzending van de voornoemde e-mail op 14 mei 2015 aan [geïntimeerde] mailde dat sprake was van tijdsdruk en schreef:
Graag z.s.m. oplossen, eventuele bijkomende kosten zijn voor uw rekening.
kan daarin geen voldoende duidelijke opsomming van de te herstellen gebreken worden gelezen en evenmin een voldoende duidelijke termijn voor nakoming. Voor dit laatste is althans onvoldoende dat [geïntimeerde] tot dan de gelegenheid werd geboden gebruik te maken van een (nog) aanwezige steiger. Deze e-mail is dus geen ingebrekestelling die aan de eisen van artikel 6:82 lid 1 BW voldoet.
Ook waar [appellante] in haar e-mail van 13 juli 2015 aan [geïntimeerde] schreef:
Zoals U als geen ander weet is er door verkeerd uitgevoerde montage/afwerking leien, een dispuut ontstaan waardoor U niet meer welkom bent op de bouw. (…) Ik sta voor vele kosten welke door u en Uw mensen hadden voorkomen kunnen worden. (..) Zoals met U besproken krijgt U van mij een overzicht van de gemaakte kosten. (…) Zoals ik u kenbaar heb gemaakt heb ik mijn uren niet eens gerekend.
kan daaruit niet de vereiste schriftelijke ingebrekestelling met een voldoende duidelijke opsomming van te herstellen gebreken en een aangezegde duidelijke nakomingstermijn worden opgemaakt.