3.1.Het hof gaat uit van de volgende feiten.
[geïntimeerde] is de broer van [overleden zus van geintimeerde] . [overleden zus van geintimeerde] is op 17 juni 1998 met uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen gehuwd met [echtgenoot van overleden zus] (hierna [echtgenoot van overleden zus] ). [overleden zus van geintimeerde] is op 7 juli 2002 in Spanje overleden.
Op 11 april 2003 heeft notaris [notaris] een verklaring van executele en/of een verklaring van erfrecht opgemaakt, waarin [echtgenoot van overleden zus] wordt aangewezen als enige erfgenaam volgens de Nederlandse wet.
[appellante] heeft [geïntimeerde] bijgestaan bij de aansprakelijkstelling van notaris [notaris] (voor het eerst bij brief van 16 mei 2003) voor een door de notaris gemaakte beroepsfout bij een onjuist afgegeven verklaring van erfrecht.
Bij akte van 28 juli 2003 heeft notaris [notaris] de eerder afgelegde verklaring van 11 april 2003 herroepen, met vermelding dat het Spaanse erfrecht van toepassing is op de nalatenschap van [overleden zus van geintimeerde] .
Bij brief van 24 mei 2005 heeft [verzekeringsmaatschappij] (hierna: [verzekeringsmaatschappij] ) namens de aansprakelijkheidsverzekeraar de onjuiste afgegeven verklaring van erfrecht als beroepsfout van notaris [notaris] erkend. Betwist wordt dat als gevolg van deze beroepsfout schade is geleden door [geïntimeerde] , waarvoor notaris [notaris] aansprakelijk kan worden gehouden.
In oktober 2012 heeft [appellante] de behandeling van het dossier van [geïntimeerde] op zijn verzoek overgedragen aan een andere advocaat. Met een brief van 24 oktober 2012 heeft [appellante] desgevraagd aan de opvolgend advocaat van [geïntimeerde] meegedeeld dat geen stuitingshandeling is verricht na de afwijzing door [verzekeringsmaatschappij] van de gestelde schade als gevolg van de beroepsfout van notaris [notaris] .
Bij brief van 19 november 2012 heeft de opvolgend advocaat van [geïntimeerde] zich jegens de verzekeraar van notaris [notaris] het recht op nakoming van de vordering tot schadevergoeding voorbehouden. Met een brief van gelijke datum heeft de opvolgend advocaat van [geïntimeerde] [appellante] aangegeven dat zij zal hebben in te staan en aansprakelijk is voor de ontstane schade, indien [verzekeringsmaatschappij] een beroep doet op verjaring.
Per e-mailbericht van 10 december 2012 heeft [verzekeringsmaatschappij] zich op het standpunt gesteld dat de vordering op notaris [notaris] is verjaard.
[appellante] heeft erkend dat een beroepsfout is gemaakt door de verjaring van de vordering van [geïntimeerde] op notaris [notaris] niet te stuiten.