Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- [appellante] , bijgestaan door mr. Slof. Voor [appellante] is mevrouw M. Kardos (nummer tolkenregister: 2593) opgetreden als tolk in de Hongaarse taal;
- de raad, vertegenwoordigd door de heer [vertegenwoordiger van de raad] ;
- de GI, vertegenwoordigd door de heer [vertegenwoordiger van de GI 1] en mevrouw [vertegenwoordiger van de GI 2] ;
- de vader en de moeder. Voor hen is mevrouw A.M. de Bie-Kerékjártó (nummer tolkenregister: 1353) opgetreden als tolk in de Hongaarse taal.
- het journaalbericht van mr. Slof van 11 oktober 2017 met één bijlage;
- het journaalbericht van mr. Slof van 17 oktober 2017 met bijlagen;
- de brief van mr. Slof van 18 oktober 2017;
- het ter zitting door de GI overgelegde Trajectplan JeugdzorgPlus van 17 oktober 2017.
3.De beoordeling
- [appellante] voorlopig onder toezicht gesteld van de GI met ingang van 22 augustus 2017 tot 22 november 2017;
- ten aanzien van [appellante] een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp verleend als bedoeld in artikel 6.1.3 Jeugdwet (Jw) met ingang van 22 augustus 2017 tot 19 september 2017.
- de ouders met ingang van die datum tot 24 november 2017 geschorst in de uitoefening van het ouderlijk gezag over [appellante] ;
- bepaald dat de schorsing ook na 24 november 2017 doorloopt wanneer voordien bij de rechtbank een verzoek tot beëindiging van het ouderlijk gezag is ingediend, in welk geval de schorsing doorloopt tot dat op dit verzoek tot gezagsbeëindiging is beslist;
- de GI belast met de voorlopige voogdij over [appellante] ;
- bepaald dat aan de GI alle bevoegdheden ten aanzien van de persoon en het vermogen van [appellante] worden toegekend die in haar belang noodzakelijk zijn.
- de beschikking van 22 augustus 2017 wat betreft de voorlopige ondertoezichtstelling bekrachtigd voor de periode van 22 augustus 2017 tot 24 augustus 2017, en het verzoek tot voorlopige ondertoezichtstelling voor het overige alsnog afgewezen;
- de beschikking van 24 augustus 2017 inzake de schorsing van het ouderlijk gezag bekrachtigd;
- de beschikking van 22 augustus 2017 wat betreft de spoedmachtiging gesloten jeugdhulp tot 19 september 2017 bekrachtigd;
- een machtiging gesloten jeugdhulp betreffende [appellante] verleend met ingang van 19 september 2017 tot uiterlijk 22 november 2017.
anderelidstaat. De rechtbank heeft evenwel niet beslist tot plaatsing van [appellante] in een instelling of pleeggezin in een andere lidstaat. [appellante] is geplaatst in een instelling die in Nederland is gevestigd. Daarmee faalt ook grief 3.
- voor [appellante] jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die haar ontwikkeling naar volwassenheid ernstig belemmeren, en
- de opneming en het verblijf noodzakelijk zijn om te voorkomen dat [appellante] zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken.