Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
- De gecertificeerde instelling Stichting Intervence, gevestigd te [vestigingsplaats] (hierna: de GI);
- de heer en mevrouw [de pleegouders] , de grootouders vaderszijde (hierna te noemen: de pleegouders).
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de vader, bijgestaan door mr. Jansen ;
- de grootouders, bijgestaan door mr. Hofland;
- de raad, vertegenwoordigd door mr. [vertegenwoordiger van de raad] ;
- de GI, vertegenwoordigd door mevrouw [vertegenwoordiger van de stichting] ;
- de pleegvader van [minderjarige] .
- de brief met bijlagen van de advocaat van de grootouders d.d. 10 november 2016;
- het V8-formulier van de advocaat van de ouders d.d. 28 november 2016, waarin wordt verzocht de pleegouders alsnog op te roepen voor de mondelinge behandeling op 29 november 2016.
3.De beoordeling
is in haar jonge leven al vaak in het ziekenhuis opgenomen en de grootouders hebben dit van dichtbij meegemaakt. Temeer nu [minderjarige] een zorgenkindje was vanwege haar gezondheid, is de band die met haar is ontstaan dieper dan een normaal grootouder-kleinkind contact. De grootouders zagen [minderjarige] meerdere malen per week en [minderjarige] heeft een eigen kamertje bij de grootouders thuis.