In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 3 augustus 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Brabant. De verdachte was eerder vrijgesproken van poging tot moord, maar veroordeeld voor poging tot doodslag tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank gedeeltelijk vernietigd, met uitzondering van de bevestiging van de vrijspraak voor poging tot moord. Het hof heeft de strafmotivering en de opgelegde straf herzien en een gevangenisstraf van 24 maanden opgelegd, waarvan 18 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. De zaak betreft een incident waarbij de verdachte, na een vechtpartij, het slachtoffer met een mes in de buik heeft gestoken, waarbij hij zich bewust was van de aanmerkelijke kans op de dood van het slachtoffer. Het hof heeft rekening gehouden met de omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn openheid van zaken en het feit dat hij de alarmcentrale heeft gebeld na het incident. De verbeurdverklaring van het mes dat bij het delict is gebruikt, is ook bevestigd. Het hof heeft de ernst van het delict en de impact op de maatschappij in overweging genomen bij het bepalen van de straf.