Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/01/266770/HA ZA 13-577)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- het exploot van anticipatie van 23 januari 2015;
- de memorie van grieven met producties en wijziging van eis;
- de memorie van antwoord, tevens memorie van grieven in incidenteel hoger beroep, met productie;
- de memorie van antwoord in incidenteel hoger beroep met producties;
- het pleidooi, waarbij partijen pleitnotities hebben overgelegd en na afloop waarvan de voorzitter de zaak naar de rol heeft verwezen teneinde partijen in de gelegenheid te stellen zich erover uit te laten of al dan niet een minnelijke regeling tot stand is gekomen;
- de H-formulieren waarbij partijen op de rol arrest hebben gevraagd.
3.De beoordeling
binnen een termijn van twee jaar na datum passering transportakte van onderhavige overeenkomst met andere eigenaren in het voornoemd plangebied een hoger aankoopbedrag overeenkomt dan € 6,80[lees: per m2]
voor landbouwgrond en € 20,00[per m2]
voor gronden bestemd als agrarisch bouwblok, ten behoeve van de realisering van “wegtracé verbinding Deurne-Liessel-A67”, zal het verschil tussen het hogere bedrag per m2 en het in deze overeenkomst overeengekomen bedrag worden nabetaald door koper aan verkoper[ [appellant] ]
. (…)".
"In de brief d.d. 7 juli 2010 heeft [adviseur van appellant] namens [appellant] uitdrukkelijk aanspraak gemaakt op en nakoming verlangd van de nabetaling. Daardoor is de verjaring gestuit (art. 3:317 lid 1 BW)."
Het hof citeert bladzijde 4 (onderaan) van de brief van [adviseur van appellant] van 7 juli 2010:
(…) komen wij tot de volgende bijbetaling waar [appellant] aanspraak op maakt: (…). In totaal geeft dit een bijbetaling op de eerder overeengekomen koopsom met bijbehoren (€ 28.000,- + deskundigenkosten + rentevergoeding) van € 129.050,75.
"(…) het uitgangspunt bij art. 21 was gelijke behandeling maar geen appels met peren vergelijken. Er moest ook naar gronden en locatie worden gekeken. Gelijke gevallen moesten dus bij gelijk gebruik gelijk behandeld worden."(laatste alinea van bladzijde 7 van het proces-verbaal).
"Indien koper binnen een termijn van twee jaar na heden met andere eigenaren in het voornoemde plangebied een hoger bedrag overeenkomst dan veertig euro (€ 40,00) voor een grond van een huisperceel bestemd voor de realisering "wegtracé verbinding Deurne-Liessel-A67", zal het verschil tussen het hogere bedrag per vierkante meter en het in deze akte overeengekomen bedrag worden nabetaald door koper aan verkoper (…). Mocht hiervan sprake zijn, dan vindt er enkel een verrekening van de grondprijs per vierkante meter plaats. Er vindt dus geen verrekening plaats van overige schades. (…)".
"Als er allerlei factoren van de prijs worden afgetrokken, dan pas kun je terugrekenen naar de grondprijs per meter. Voor gronden met de bestemming "burger wonen" is € 40,- betaald en voor gronden met bestemming "agrarisch blok" € 20,-. Bij [verkoper] had de grond die is aangekocht ook de bestemming agrarisch maar vanuit de onteigening was het een geheel complex, het was verbonden aan het huis. Daarom hangt daar een ander prijskaartje aan".Ter pleidooizitting in hoger beroep heeft de gemeente bevestigd dat vanwege de 'complexbenadering' aan de gronden van [verkoper] een hogere waarde dient te worden toegekend dan aan de gronden van [appellant] .
"met andere eigenaren in het voornoemd plangebied een hoger aankoopbedrag overeenkomt dan € 6,80 voor landbouwgrond (…)".Daarvan is ten aanzien van [verkoper] zonder meer sprake. In artikel 21 van de koopovereenkomst wordt geen onderscheid gemaakt tussen cultuur-/landbouwgrond die niet verbonden is aan een huis en cultuur-/landbouwgrond die wel verbonden is aan een huis (en daarom naar de gemeente stelt een hogere waarde heeft).