ECLI:NL:GHSHE:2017:2001
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M.G.W.M. Stienissen
- J.R. Sijmonsma
- A.H. Henzen
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van een verzekeringstussenpersoon in hoger beroep
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, betreft het een hoger beroep van een appellant tegen een vennootschap, waarbij de aansprakelijkheid van een verzekeringstussenpersoon centraal staat. De appellant, vertegenwoordigd door mr. A.B. Noordhof, heeft hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, dat op 20 mei 2015 is gewezen. De rechtbank had in eerste aanleg de appellant als eiser en de vennootschap als gedaagde aangemerkt. De procedure in hoger beroep is gestart met een dagvaarding op 17 augustus 2015, en de appellant heeft zijn grieven uiteengezet in een memorie van grieven.
Tijdens de procedure in hoger beroep zijn verschillende stukken ingediend, waaronder een memorie van antwoord in principaal appel en een memorie van antwoord in het incidenteel appel. Het hof heeft vastgesteld dat er onduidelijkheid bestaat over een door de appellant genomen antwoordakte, gedateerd 26 april 2016, die niet in het dossier aanwezig is. Het hof heeft de appellant in de gelegenheid gesteld om aan te tonen dat deze akte tijdig is genomen, en heeft de vennootschap de mogelijkheid gegeven om te reageren op de producties die aan deze akte zijn gehecht.
De uitspraak van het hof, gedaan op 9 mei 2017, houdt in dat de appellant en de vennootschap verdere akten kunnen nemen om hun standpunten te verduidelijken. Het hof heeft iedere verdere beslissing aangehouden, wat betekent dat de zaak nog niet definitief is afgerond en dat er mogelijk verdere stappen zullen volgen in deze procedure.