Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
uit hoofde van een dringende verplichting van moraal en fatsoen van de zijde van de man, namelijk het aflossen van alle gezamenlijke schulden, welke voor conto komen van de man". Door deze afspraak had de man geen draagkracht om partneralimentatie te betalen. Hij heeft echter geen schulden afgelost. [appellante] heeft hem na de echtscheiding regelmatig gevraagd hoe het stond met de aflossing maar hij heeft haar geen antwoord meer gegeven. [appellante] heeft in een gerechtelijke procedure om partneralimentatie verzocht. Op 27 december 2016 heeft de rechtbank Oost-Brabant het verzoek toegewezen en een partneralimentatie van € 350,00 bruto per maand vastgesteld. [appellante] kan met haar uitkering al haar financiële verplichtingen nakomen. Zij heeft, sinds zij in oktober 2015 zelfstandige woonruimte kreeg, ook geen schulden gemaakt. [appellante] wordt ondersteund door maatschappelijk werk. Ook haar volwassen zoon die bij haar inwoont ondersteunt haar emotioneel en indien nodig financieel. De financiële situatie is nu stabiel.