In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, betreft het een incident dat is ingeleid door Equestrian Event B.V. tegen International Party Catering B.V. Het incident is ingesteld in het kader van een hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, waarin Equestrian Event B.V. was veroordeeld tot betaling van een aanzienlijk bedrag aan International Party Catering B.V. Equestrian Event B.V. vorderde in het incident primair schorsing van de tenuitvoerlegging van het bestreden vonnis en subsidiair zekerheidstelling in de vorm van een bankgarantie.
Het hof heeft de procedure in hoger beroep en de eerdere uitspraak van de rechtbank besproken. Equestrian Event B.V. stelde dat de door International Party Catering B.V. gelegde beslagen voldoende zekerheid boden voor de vordering, maar het hof oordeelde dat dit niet voldoende was om de schorsing van de tenuitvoerlegging te rechtvaardigen. Het hof benadrukte dat de uitvoerbaarheid bij voorraad in het algemeen is bedoeld om de gerechtigde niet langer te laten wachten op hetgeen hem toekomt.
De vordering tot schorsing werd afgewezen, evenals de subsidiaire vordering tot zekerheidstelling. Het hof oordeelde dat de belangen van International Party Catering B.V. bij een spoedige tenuitvoerlegging zwaarder wogen dan de belangen van Equestrian Event B.V. bij zekerheidstelling. Equestrian Event B.V. werd als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van het incident. De hoofdzaak staat gepland voor een volgende zitting op 18 april 2017.