Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[appellant] ,
[appellante],
5.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
- het voornoemde tussenarrest van 28 juni 2016 waarbij de incidentele vordering van [appellanten] tot schorsing van de tenuitvoerlegging van het bestreden vonnis is afgewezen en de beslissing over de proceskosten in het incident is aangehouden tot de einduitspraak in de hoofdzaak,
- de memorie van grieven van [appellanten] ,
- de memorie van antwoord van Gemeente Tilburg.
6.De beoordeling
- voor recht verklaard dat [huurder] na 1 februari 2014 alsmede [appellanten] zonder recht of titel en daarmee onrechtmatig gebruik maken van de onroerende zaak,
- [huurder] en [appellanten] op straffe van een dwangsom veroordeeld tot ontruiming van de onroerende zaak,
- € 453,80 aan achterstallige schadevergoeding over de maanden november 2014 tot en met februari 2015, en
- € 113,45 voor iedere maand of gedeelte daarvan vanaf 1 maart 2015 tot de dag dat hij de onroerende zaak feitelijk ontruimt.
- de vordering van [huurder] om Gemeente Tilburg op verbeurte van een dwangsom te veroordelen tot het aanbieden van een conveniërende locatie om te wonen en werken, en
- de vorderingen van [appellanten] om Gemeente Tilburg op straffe van een dwangsom
- verklaring voor recht dat [appellanten] zonder recht of titel en daarmee onrechtmatig gebruik maakt van de onroerende zaak,
- veroordeling van [appellanten] , op straffe van een dwangsom, tot ontruiming van de onroerende zaak,
- hoofdelijke veroordeling van [appellanten] tot betaling van de proceskosten en de nakosten, beide te vermeerderen met wettelijke rente,