Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknr. 2171340 CV EXPL 13-3702)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep met één productie;
- de memorie van grieven met producties;
- de memorie van antwoord met producties;
- de akte van [appellant] van 16 december 2014 met een productie;
- de antwoordakte van [de vennootschap] van 13 januari 2015.
3.De beoordeling
“(…) De kozijnen zijn voorzien van hoogrendementsglas (HR++) (…)
Wij leveren en plaatsen onderstaande aluminium kozijnen (…) en voorzien ze van hoogrendementsglas (…)
001 1ste verdieping (…) 1 Draaikiep/draaikiep HR++ glas (…) € 3.424,02
002 Uitbouw voordeur (…) HR++ glas (…) € 904,27
003 Voorgevel (…) HR++ glas (…) € 2.483,34
004 Voordeur (…) HR++ glas (…) € 1.699,18
005 Voorgevel (…) HR++glas (…) € 571,57
006 1ste verdieping (…) HR++ glas (…) € 2.699,68
007 Achtergevel (…) HR++ glas (…) HR++ glas (…) € 3.547,94
008 Achtergevel (…) HR++ glas € 2.597,75
009 Voorgevel (…) HR++ glas (…)
€ 713,95Prijs totaal excl. BTW € 18.641,70.
Opties:
• Om te voldoen aan NEN 3569, veiligheidsbeglazing in gebouwen, dient glas beneden de 85cm te zijn uitgevoerd met 1 of 2 zijden gelaagd glas om doorval c.q. letsel te voorkomen. In uw situatie is dit van toepassing bij het glas in kozijn 2, 3, 4, 7 en 8. Het betreft hier dan 2 zijden gelaagd glas, de meerprijs hiervoor bedraagt € 1.584,00.
Inzake toepassing van glas volgens het nieuwe Bouwbesluit (m.b.t. spiegeldraadglas, brandwerendheid en NEN 3569 veiligheidsbeglazing in gebouwen), acht [offerte] zich niet verantwoordelijk. Wij wijzen u op de zorgvuldige toepassing van glassoorten. Wij voldoen hiermee aan de waarschuwingsplicht conform het Bouwbesluit, hetgeen vrijwaring biedt van schadeclaims. (…)”.
€ 17.672,56te vermeerderen met wettelijke rente en met veroordeling van [de vennootschap] in de kosten van de procedure.
Dit bedrag bestaat uit de door [expertisebureau] begrote herstelkosten van € 15.846,61, de onderzoekskosten van [expertisebureau] (€ 892,50) en buitengerechtelijke incassokosten (€ 933,45).
[de vennootschap] heeft in opdracht van [appellant] zijn woning in 2007 en 2008 verbouwd. In 2011 was sprake van glasbreuk in één van de ruiten en deze schade is door de verzekeraar van [appellant] vergoed. Vervolgens was opnieuw sprake van een breuk in één van de ruiten, waarna uit onderzoek bleek dat sprake was van HR++ glas, waar [appellant] HR++ veiligheidsglas had besteld (dagvaarding in eerste aanleg, punt 3 en conclusie van repliek, punt 3). [appellant] heeft zich gewend tot zijn rechtsbijstandsverzekeraar, die opdracht heeft gegeven aan [expertisebureau] om de klachten te onderzoeken (dagvaarding in eerste aanleg, punt 5). [expertisebureau] heeft de klachten vastgelegd en de met herstel gemoeide kosten begroot. [de vennootschap] is, ondanks daartoe in de gelegenheid te zijn gesteld, niet tot herstel overgegaan. [appellant] maakt dan ook aanspraak op een bedrag van € 15.846,61 als schadevergoeding wegens een tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst, dan wel een onrechtmatige daad, dan wel op grond van een verbintenis tot vervangende schadevergoeding (dagvaarding in eerste aanleg, punt 7).
€ 17.608,85, te vermeerderen met rente, met veroordeling van [de vennootschap] in de kosten van de procedure in eerste aanleg en in hoger beroep. Uit de toelichting op de grieven blijkt dat [appellant] de vordering tot betaling van schadevergoeding in hoger beroep heeft gegrond op dwaling (mvg, punten 43-44), onrechtmatige daad (mvg, punten 45-50), dan wel een tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst (mvg, punten 51-55).
€ 559,78 en buitengerechtelijke incassokosten van € 936,13 (mvg, punt 56).
2 zijden gelaagd glas” te laten plaatsen om doorval en/of letsel te voorkomen.
het hof begrijpt: één ruit] contact opgenomen met zijn verzekeraar en bleek dat het gescheurde glaswerk onder de dekking van de polisvoorwaarden van zijn verzekering viel. Vervolgens is ander glas geplaatst, waarna opnieuw een breuk en/of scheur is opgetreden [
het hof begrijpt: in één andere ruit]. De glasverzekeraar heeft het gescheurde glaswerk ook vervangen (mvg, punten 17-22). [appellant] vordert in deze procedure [zo begrijpt het hof] (vervangende) schadevergoeding om de bestaande HR++ beglazing, die niet is gebarsten, veiligheidshalve te kunnen laten vervangen door HR++ veiligheidsglas om barsten te voorkomen.
1b) zo nee, wat is hiervoor een verklaring?