ECLI:NL:GHSHE:2016:4203

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
22 september 2016
Publicatiedatum
26 september 2016
Zaaknummer
200.170.821/01
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Deskundigenonderzoek naar financiële mogelijkheden in het kader van partneralimentatie

In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, betreft het een hoger beroep inzake een beschikking van 10 maart 2016 met betrekking tot partneralimentatie. De appellant, aangeduid als de man, heeft in hoger beroep verzocht om een deskundigenonderzoek naar de financiële mogelijkheden van beide partijen. De vrouw, aangeduid als de verweerster, heeft in incidenteel appel haar bezwaren geuit tegen de huidige situatie en de betalingsverplichtingen van de man. Het hof heeft kennisgenomen van verschillende correspondenties tussen de advocaten van beide partijen en heeft vastgesteld dat er verschillen van inzicht zijn tussen de man en de benoemde deskundige, drs. Schilder, over de voorwaarden van de opdracht. Hierdoor is de deskundige niet gestart met zijn werkzaamheden.

Het hof heeft besloten om een nieuwe deskundige, drs. A.H.M. Kools, te benoemen om het onderzoek naar de financiële situatie van de partijen uit te voeren. Het hof benadrukt het belang van dit onderzoek, vooral in het belang van de kinderen, en heeft de partijen verplicht om hun medewerking te verlenen. De zaak is aangehouden tot 24 november 2016, met de mogelijkheid tot uitstel indien nodig. De kosten van het deskundigenonderzoek zijn voorlopig voor rekening van de man, die heeft bevestigd dat hij het voorschot heeft voldaan. De beslissing van het hof is openbaar uitgesproken op 22 september 2016.

Uitspraak

GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
Afdeling civiel recht
Uitspraak: 22 september 2016
Zaaknummer: 200.170.821/01
Zaaknummer eerste aanleg: C/01/285243/FA RK 14-5647
in de zaak in hoger beroep van:
[appellant],
wonende te [woonplaats] ,
appellant in principaal appel,
verweerder in incidenteel appel,
hierna te noemen: de man,
advocaat: mr. R.R.F. van der Mark,
tegen
[verweerster],
wonende te [woonplaats] ,
verweerster in principaal appel,
appellante in incidenteel appel,
hierna te noemen: de vrouw,
advocaat: mr. M.J.L. Schram.

5.De beschikking d.d. 10 maart 2016

Het hof verwijst naar de inhoud van de beschikking van 10 maart 2016.

6.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep

Het hof heeft kennis genomen van de inhoud van:
- het faxbericht van de advocaat van de man d.d. 21 april 2016;
- het V6-formulier van de advocaat van de vrouw d.d. 7 juni 2016;
- het faxbericht van de advocaat van de man d.d. 13 juni 2016.

7.De verdere beoordeling

7.1.
De heer drs. Schilder heeft er bij de griffier melding van gedaan dat tussen hem en de man verschillen van inzicht bestaan omtrent de voorwaarden waaronder de opdracht die het hof heeft gegeven dient te worden uitgevoerd. De deskundige wenst (een deel van) zijn algemene voorwaarden onderdeel te doen zijn van die opdracht, de man heeft daar bezwaar tegen. Ten gevolge van deze verschillen is de deskundige niet gestart met zijn werkzaamheden en dat zal ook niet meer gebeuren. De man heeft het hof verzocht een andere deskundige te benoemen.
7.2.
De vrouw heeft aangevoerd dat de man inmiddels ook niet (meer) voldoet aan zijn betalingsverplichtingen terzake de ten overstaan van het hof afgesproken voorlopige regeling ten behoeve van de kinderen. De man heeft erkend dat vertragingen in de betaling zijn opgetreden en toegezegd de termijn voor de maand juni direct na de 23e te voldoen, waarna er, aldus de man, geen achterstand meer zal bestaan.
7.3.
Het hof acht het – met name in het belang van de kinderen – van belang dat de partijen de beide deskundigentrajecten doorlopen alvorens er knopen worden doorgehakt op financieel of ouderschapsgebied. Het hof heeft ambtshalve vastgesteld dat de man het door hem te betalen voorschot voor de deskundige op het financiële gebied inmiddels heeft voldaan, zodat dat aspect niet in de weg staat aan de benoeming van een opvolgend deskundige.
7.4.
Het hof heeft de heer drs. Adrie Kools, adviseur, coach en mediator, bereid gevonden als deskundige op te treden.
Ter aanvulling op de beschikking van 10 maart 2016 merkt het hof op dat de partijen verplicht zijn hun medewerking te verlenen aan het deskundigenonderzoek, met name ook in het opvolgen van instructies tot het inbrengen van door de deskundige benodigde gegevens, bij gebreke waarvan het hof de gevolgen daaraan kan verbinden die het geraden acht.
Doel van het onderzoek is enerzijds helder te krijgen hoe de (actuele) financiële situatie van de partijen is, anderzijds vervolgens te bezien of, op basis van hetgeen de deskundige kan vaststellen, voor de partijen een vaststellingsovereenkomst op het gebied van de partneralimentatie haalbaar is. De zaak wordt aangehouden tot 24 november 2016 pro forma, onder aantekening dat dit wellicht een te krappe termijn is. Uitstel zal derhalve mogelijk zijn, indien een van de betrokkenen daartoe een gemotiveerd verzoek zal doen.
7.5.
Het hof zal tevens bepalen dat de benoeming van de heer drs. Schilder ongedaan wordt gemaakt.

8.De beslissing

Het hof:
op het principaal en incidenteel appel:
met betrekking tot de partneralimentatie:
gelast een deskundigenonderzoek zoals in rechtsoverweging 3.7. van de beschikking van
10 maart 2016 (met uitzondering van de aldaar genoemde deskundige) en 7.4 van de onderhavige beschikking is opgenomen;
benoemt, onder gelijktijdige ontheffing van de benoeming van de heer drs. Schilder, als geschied bij beschikking van 10 maart 2016, tot deskundige de heer drs. A.H.M. Kools,
[accountants & adviseurs] , accountants & adviseurs, Postbus [postbus] , [postcode] [kantoorplaats] ;
bepaalt dat het voorschot op de kosten van de deskundige ad € 4.000,-, te vermeerderen met BTW over dit bedrag, derhalve in totaal € 4.840,-, voorlopig voor rekening komt van de man, onder vaststelling dat de man dit bedrag inmiddels heeft voldaan, conform de instructie als opgenomen in de beschikking van 10 maart 2016;
verzoekt de deskundige, indien zijn kosten het voorschot te boven mochten gaan, het hof daarover tijdig in te lichten;
benoemt tot raadsheer-commissaris, onder wiens leiding dit onderzoek zal plaatsvinden:
mr. C.A.R.M. van Leuven;
bepaalt dat de griffier van dit hof een afschrift van deze beschikking aan de deskundige zal zenden;
bepaalt dat het de deskundige vrij staat in het uit te brengen verslag al datgene op te merken wat naar zijn inzicht dienstig kan zijn, óók indien dit niet rechtstreeks uit de opdracht voortvloeit;
bepaalt dat uit de deskundigenberichten moet blijken dat partijen door de deskundige in de gelegenheid zijn gesteld opmerkingen te maken en verzoeken te doen, met vermelding van de inhoud van de eventuele opmerkingen en verzoeken;
bepaalt dat de deskundige tijdig vóór, dan wel uiterlijk op 24 november 2016 het hof schriftelijk zal rapporteren over het verloop en de resultaten van het onderzoek;
verzoekt de deskundige bij eventuele vertraging van het onderzoek de raadsheer-commissaris hierover tijdig schriftelijk, met afschrift aan partijen, te informeren onder vermelding van de oorzaak;
houdt in afwachting van het verloop en de resultaten van voornoemd deskundigenonderzoek iedere verdere beslissing pro forma aan tot 24 november 2016.
Deze beschikking is gegeven door mrs. C.A.R.M. van Leuven, E.L. Schaafsma-Beversluis en E.A.M. Scheij en in het openbaar uitgesproken op 22 september 2016.