In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, gaat het om een hoger beroep van de moeder tegen een beschikking van de rechtbank Oost-Brabant van 29 oktober 2015. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. R. van Coolwijk, verzocht om de vernietiging van de beschikking voor zover het betreft de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken van hun minderjarige dochter. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. H.S.M. Vogelaar, verzocht om de moeder niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek, dan wel dit verzoek af te wijzen.
Het hof heeft kennisgenomen van de eerdere beschikking en de inhoud van de mondelinge behandeling. De partijen hebben een affectieve relatie gehad en hebben samen een dochter, geboren in 2011. De rechtbank had eerder een voorlopige omgangsregeling vastgesteld, maar de moeder was het niet eens met de uiteindelijke verdeling van de zorg- en opvoedingstaken zoals die door de rechtbank was vastgesteld. Tijdens de procedure in hoger beroep hebben partijen overeenstemming bereikt over een ouderschapsplan en een vaststellingsovereenkomst.
Het hof heeft de beschikking van de rechtbank vernietigd voor zover het betreft de zorg- en contactregeling en heeft een nieuwe regeling vastgesteld, die uitvoerbaar bij voorraad is verklaard. Tevens zijn de proceskosten in hoger beroep gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt. De uitspraak is gedaan op 11 augustus 2016.