Uitspraak
Afdeling strafrecht
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- de vordering van de [benadeelde 1] zal toewijzen tot een bedrag van
- de vordering van de [benadeelde 2] zal toewijzen tot een bedrag van € 57.379,85, te vermeerderen met de wettelijke rente;
- primair bepleit dat verdachte zal worden vrijgesproken en de vorderingen van de benadeelde partijen niet-ontvankelijk zullen worden verklaard;
- subsidiair ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partijen:
hij op of omstreeks 13 december 2013 te Oudenbosch, gemeente Halderberge, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een mobiele telefoon (Samsung Galaxy S3) en/of een geldbedrag van ongeveer EUR 10.000, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf] en/of [benadeelde 1] en/of [getuige] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [benadeelde 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of (een van) zijn mededader(s)
- zich voor heeft/hebben gedaan als een pakketbezorger en/of
- vervolgens het pand van [bedrijf] heeft/hebben betreden en/of
- voornoemde [benadeelde 1] ten val heeft/hebben gebracht althans dat zij door zijn/hun toedoen ten val is gekomen en/of vervolgens boven op die [benadeelde 1] is/zijn gaan zitten en/of
- op die [benadeelde 1] een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijken voorwerp heeft/hebben gericht althans aan haar heeft/hebben getoond en/of
- voornoemde [benadeelde 1] opzettelijk dreigend de woorden heeft/hebben toegevoegd “Waar is je geld?” en/of
- bij voornoemde [benadeelde 1] tape om haar enkels, handen en om haar hoofd heeft/hebben gedaan.
- het pand van [bedrijf] heeft/hebben betreden en
- voornoemde [benadeelde 1] door zijn/hun toedoen ten val is gekomen en vervolgens boven op die [benadeelde 1] is/zijn gaan zitten en
- op die [benadeelde 1] een op een vuurwapen gelijkend voorwerp heeft/hebben gericht en
- voornoemde [benadeelde 1] opzettelijk dreigend de woorden heeft/hebben toegevoegd “Waar is je geld?” en
- bij voornoemde [benadeelde 1] tape om haar enkels, handen en om haar hoofd heeft/hebben gedaan.
1. De aangifte van [benadeelde 1] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
2. De bijlage weggenomen goederen, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
3. De verklaring van [benadeelde 1] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
4. De verklaring van [benadeelde 1] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
5. De verklaring van [benadeelde 1] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
6. Het proces-verbaal sporenonderzoek, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
7. De verklaring van [getuige] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
8. Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 1] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
9. De verklaring van [getuige] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
10. De verklaring van [getuige] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
11. Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 1] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
- 17.32.10 (…) het voertuig (…), komt aangereden vanuit de richting van de Molenstraat. Voertuig slaat linksaf open terrein gelegen naast [adres 1] op.
- 17.32.31 (…) het voertuig (…), wordt geparkeerd met de voorzijde in de richting van hekwerk (Molenstraat).
- 17.33.52 te zien is dat er 1 persoon vanuit de richting van het geparkeerde voertuig in de richting van het adres [adres 1] loopt. Deze persoon draagt een wit(licht)kleurig op een vierkant voorwerp gelijkend voorwerp bij zich.
- 17.33.58 eerste persoon die met voorwerp naar het adres [adres 1] loopt, komt aan bij de voordeur;
- 17.34.06 tweede persoon loopt vanaf geparkeerde auto richting [adres 1] ;
- 17.34.50 tweede persoon gaat binnen bij pand [adres 1] ;
- 18.14.03 en 18.14.05 verlaten (…) (personen) rustig het pand [adres 1] . Beide personen lopen in de richting van geparkeerde auto. Blijven nog even stilstaan bij de auto en stappen hierna rustig in.
- 18.14.50 auto met (…) (personen) rijdt weg en rijdt richting de Molenstraat.
12. Het proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant 1] , voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
- Het laatste contact voor de overval vond plaats om 13.42 uur. Hierbij werd de zendmast aan de Hellendoornstraat te Schiedam aangestraald.
- Om 17.59, 18.09 en 18.16 uur waren er inkomende contacten. Hier werd de zendmast aan de Markt 59 te Oudenbosch aangestraald. Dit is hemelsbreed circa 600 meter vanaf de plaats delict.
- Om 18.18 uur was er een inkomend contact. Hierbij werd de zendmast aan de Pagnevaartweg 82 te Oudenbosch aangestraald. Dit is hemelsbreed circa 1,1 kilometer gelegen vanaf de plaats delict.
- Om 18.27 uur is er een inkomend contact. Hierbij wordt de zendmast aan de Rijksweg A17 ter hoogte van parkeerplaats Bazius aangestraald.
- Op 18.33 uur is er een inkomend contact. Hier werd de zendmast aan de Rijksstraatweg 134 te Dordrecht aangestraald.
- Op 18.43, 18.44 en 18.45 uur zijn er een inkomend en uitgaande contacten. Hierbij wordt aangestraald op de zendmast gelegen aan de De Plaats 1 te Hendrik Ido Ambacht.
- Op 18.46 uur is er een uitgaand contact. Hierbij wordt aangestraald op de Vlasstraat 1 te Ridderkerk.
- Op 19.18 uur is er een uitgaand contact. Hierbij wordt aangestraald op de zendmast gelegen aan de Aalscholverlaan 160 te Vlaardingen. Dit adres ligt circa 300 meter verwijderd vanaf het adres van de ex-vriendin van [verdachte] , zijnde de [adres 2] te Vlaardingen. De ex-vriendin van [verdachte] betreft [betrokkene 3] , welke samen met [verdachte] twee kinderen heeft.
- Op 21.01 en 21.02 zijn er inkomende en uitgaande contacten waarbij de zendmast aan de Schrobbelaarstraat 2 te Delft worden aangestraald. Het adres [adres 3] te Delft betreft de woning van de ex-schoonmoeder van [verdachte] , tevens de moeder van de eerder genoemde [betrokkene 3] . Uit het opsporingsonderzoek is gebleken dat [verdachte] nog steeds geregeld op het [adres 3] te Delft komt en dat hij regelmatig contact heeft met zijn ex-vriendin [betrokkene 3] .
13. De onderzoeksrapportage van ir. R. Pluijmers, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
14. De verklaring van verdachte, zoals afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep van 29 juni 2016, voor zover inhoudende – zakelijk weergegeven – als volgt:
- de herkenning van de stem van verdachte door [benadeelde 1] het dragende bewijsmiddel zou vormen, terwijl niet kan worden uitgesloten dat deze herkenning is beïnvloed door de omstandigheid dat [bedrijf] een aantal maanden eerder door de politie was benaderd over de betrokkenheid van verdachte bij een overval op een tankstation;
- de stemherkenning onvoldoende steun vindt in andere bewijsmiddelen,
- de mobiele telefoon van verdachte ten tijde van de overval zendmasten in Oudenbosch aanstraalde en zich in het pand of in de directe omgeving van [adres 1] in Oudenbosch kan hebben bevonden;
- de mobiele telefoon van verdachte zich verplaatst van Oudenbosch naar Vlaardingen nadat de overvallers zijn vertrokken vanaf de [adres 1] in Oudenbosch.
- nadat [benadeelde 1] had gezegd dat in de lade van haar bureau geld lag, zonder aan te duiden om welk bureau het ging, de tweede dader, zijnde de dader waarvan [benadeelde 1] de stem heeft herkend, haar bureau heeft doorzocht en de overige vijf bureaus in het bedrijf kennelijk niet zijn doorzocht;
- ten minste één van de overvallers kennelijk wist waar de kluis stond;
- ten minste één van de overvallers kennelijk wist waar de slijptollen die zijn gebruikt voor het openen van de kluis zich in het bedrijf bevonden;
- ten minste één van de overvallers kennelijk de weg wist in het bedrijf, aangezien slechts drie specifieke deuren zijn opengebroken.
- de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd;
- de omstandigheid dat het gaat om een brutale overval door verdachte en zijn mededader waarbij verdachte en/of zijn mededader onder meer hebben gedreigd met een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en [benadeelde 1] onder bedwang hebben gehouden door op haar te zitten en haar vervolgens te tapen;
- het feit dat verdachte en zijn mededader de overval hebben gepleegd op een bedrijf waarin verdachte zelf werkzaam is geweest en verdachte kennelijk wist dat op het moment van de overval nog iemand in het bedrijf aanwezig zou zijn;
- de omstandigheid dat slachtoffers als gevolg van een feit als het bewezen verklaarde nog langdurig last kunnen hebben van nadelige psychische gevolgen, zoals gevoelens van angst en onveiligheid, hetgeen ook naar voren komt uit de slachtofferverklaring die ter terechtzitting van 29 juni 2016 namens [benadeelde 1] is afgelegd;
- de omstandigheid dat door een gewelddadig feit als bewezen verklaard de rechtsorde ernstig is geschokt en dat dergelijke feiten in de maatschappij gevoelens van onrust en onveiligheid te weeg brengen;
- de mate waarin het bewezen verklaarde heeft geleid tot financiële schade;
- de omstandigheid dat verdachte, blijkens het hem betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 18 april 2016, eerder ter zake van een soortgelijk feit onherroepelijk door de strafrechter is veroordeeld;
- de inhoud van het hem betreffend reclasseringsadvies d.d. 23 juni 2014 van Reclassering Nederland;
- de overige persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting in hoger beroep is gebleken.
€ 48,70, zijnde in totaal € 16.558,00.
€ 5.593,26 =) € 18.897,26, vermeerderd met de wettelijke rente, berekend vanaf 4 maart 2015, zijnde de datum waarop de benadeelde partij zich in de strafzaak heeft gevoegd, tot aan de dag der algehele voldoening.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) jaren.
benadeelde partij [benadeelde 1]ter zake van het onder 1. bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 4.211,00 (vierduizend tweehonderdelf euro)en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 1.248,00 (duizend tweehonderdachtenveertig euro).
[benadeelde 2]ter zake van het onder 1. bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 18.897,26 (achttienduizend achthonderdzevenennegentig euro en zesentwintig cent)en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 1.266,20.
€ 2.019,00 (tweeduizend negentien euro).
€ 4.211,00 (vierduizend tweehonderdelf euro),bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
52 (tweeënvijftig) dagenhechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
€ 18.897,26 (achttienduizend achthonderdzevenennegentig euro en zesentwintig cent),bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
129 (honderdnegenentwintig) dagenhechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.