Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
5.Het verloop van de procedure
- het tussenarrest van 23 februari 2016;
- de akte uitlaten van [appellant] van 5 april 2016;
- de akte uitlating van [de vennootschap] van 5 april 2016;
- de akte uitlaten van [appellant] van 3 mei 2016.
6.De verdere beoordeling
a. Lengkeek Laarman & de Hosson te [kantoorplaats] , of
[appellant] heeft in zijn akte van 5 april 2016 verder aangegeven dat hij, in aanvulling op de vier vragen van het hof, zes aanvullende vragen aan de deskundige heeft:
De door [appellant] onder 3. geformuleerde vraag is gelijk aan de door het hof geformuleerde vragen 2d) en 3a) tot en met 3c), zodat deze vraag niet hoeft te worden toegevoegd.
1b) zo nee, wat is hiervoor een verklaring?
“(…)
Voor het onderzoek worden beide partijen uitgenodigd en van de rapportage wordt een concept aan beide partijen ter beoordeling voorgelegd. Werkwijze conform "Leidraad Deskundigen in Civiele Zaken".
7.De uitspraak
[adres] , [postcode] [kantoorplaats]
telefoon [netnnummer + telefoonnummer] , mobiel [mobielnummer] , fax [netnummer + faximilenummer]
[e-mailadres] , [website] .
en van de algemene voorwaarden van de deskundigeaan de deskundige en aan partijen toezendt en dat partijen binnen één week na de datum van dit arrest (een afschrift van) de verdere processtukken aan de deskundige ter beschikking zullen stellen en alle door deze gewenste inlichtingen zullen verstrekken;
en ten aanzien van de conceptrapportage– partijen in de gelegenheid stelt opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat uit het schriftelijk bericht van de deskundige moet blijken of aan dit voorschrift is voldaan, terwijl in het bericht tevens melding wordt gemaakt van de inhoud van zodanige opmerkingen en verzoeken;
drie maandennadat door de griffier is bericht dat met het onderzoek kan worden begonnen;
bij brief aan de griffier van dit hofmet afschrift aan de wederpartij (die binnen twee dagen hierop kan reageren bij brief aan de griffier van dit hof met afschrift aan de wederpartij)tegen de hoogte van het voorschot bezwaar heeft/hebben gemaakt, in welk geval het hof op het bezwaar/de bezwaren zal beslissen en de hoogte van het voorschot zal bepalen;