7.1De rechtbank heeft in de onderhavige zaak niet vastgesteld van welke feiten zij is uitgegaan. Het hof gaat uit van de volgende gestelde en erkende of onvoldoende gemotiveerd betwiste feiten.
a. [appellant] was in elk geval vanaf februari 2004 (nr. 56 memorie van grieven) tot in elk geval eind 2011 advocaat in Nederland. Hij had, al dan niet via andere rechtspersonen, zeggenschap over in elk geval “[appellant] c.s. Advocaten_Belastingkundigen B.V.” en “PWT Advocaten-Belastingkundigen N.V.”.
b. De als productie 3 bij inleidende dagvaarding overgelegde productie houdt in, voor zover relevant:
Borgtocht
Borg
Naam [appellant]
(…)
hierna (…) te noemen: borg
Bank
(…)
Debiteur
Statutaire naam [appellant] c.s. Advocaten_Belastingkundigen B.V.
(…)
De borg verbindt zich bij deze -hoofdelijk- jegens de bank als borg voor de debiteur tot zekerheid voor de betaling van al hetgeen de bank blijkens haar administratie van de debiteur te vorderen heeft of mocht hebben, uit hoofde van
Bankborgtocht
verstrekte en/of alsnog te verstrekken geldleningen, verleende en/of alsnog te verlenen kredieten in rekening-courant, (…) dan wel uit welken anderen hoofde ook, met dien verstande dat het bedrag waarvoor de borg (hoofdelijk) uit hoofde van deze borgstelling kan worden aangesproken nimmer meer bedraagt dan
Maximumbedrag € 20.000 (…)
Op deze borgtocht zijn (…) van toepassing:
a. de Algemene Voorwaarden voor Borgtocht van de Rabobank 2004;
(…)
De borg verklaart deze algemene voorwaarden te hebben ontvangen (…).
Op het stuk is met de hand geschreven vermeld dat het goed is voor twintigduizend euro inclusief rente, provisie, kosten en als datum 6 december 2006. Het stuk is ondertekend door [appellant] en onder het hoofd “Toestemming geregistreerde/gehuwde partner o.g.v. (art. 80b samen met) artikel 88 Boek 1 B.W.” door [appellante].
De naam “[appellant] c.s. Advocaten_Belastingkundigen B.V.” is enige tijd nadat deze borgtochtovereenkomst is gesloten, veranderd in “[BV] B.V.”.
c. De als productie 4 bij inleidende dagvaarding overgelegde productie houdt in, voor zover relevant:
Borgtocht
Borg
Naam [appellant].
(…)
Hierna (…) te noemen: borg.
Bank
(…)
Debiteur
Naam PWT Advocaten-Belastingkundigen N.V.
(…)
De borg verbindt zich bij deze -hoofdelijk- jegens de bank als borg voor de debiteur tot zekerheid voor de betaling van al hetgeen de bank blijkens haar administratie van de debiteur te vorderen heeft of mocht hebben, uit hoofde van
Bankborgtocht (…)
- verstrekte en/of te verstrekken geldleningen;
- verleende en/of te verlenen kredieten;
(…)
- huidige en/of toekomstige vorderingen krachtens subrogatie en/of;
- uit welke hoofde dan ook,
met dien verstande dat het bedrag waarvoor de borg (hoofdelijk) uit hoofde van deze borgstelling kan worden aangesproken nimmer meer bedraagt dan EUR 350.000,00 (…)
Op deze borgtocht zijn (…) van toepassing:
a. de Algemene Voorwaarden voor Borgtocht van de Rabobank 2006;
(…)
De borg verklaart deze algemene voorwaarden te hebben ontvangen (…).
Op het stuk is met de hand geschreven vermeld dat de borg goed is voor driehonderdvijftigduizend euro en als datum 13 november 2008. Het stuk is ondertekend door [appellant] en onder het hoofd “Toestemming van de gehuwde/geregistreerde partner artikel (80b samen met) 88 Boek 1 BW” door [appellante].
d. Onder de noemer Rabo TotaalPakket (productie 16 dagvaarding in eerste aanleg) hebben de Rabobank en [appellant] c.s. op 30 januari 2007 een overeenkomst gesloten waarbij [appellant] c.s. een Rabo TotaalPakketrekening genummerd [rekeningnummer 1] hebben verkregen. Het betreft een rekening-courant.
e. Bij overeenkomst van 3 september 2009 (productie 18 dagvaarding in eerste aanleg) leent de Rabobank aan [appellant] c.s. € 40.000,- onder nummer [rekeningnummer 2]. De lening mag uitsluitend worden gebruikt voor de aflossing van de debetstand/krediet op rekening [rekeningnummer 1]. Het bedrag van de lening moet worden terugbetaald in termijn van € 667,- per maand, voor het eerst op 30 september 2009.
f. Bij brief van 27 januari 2012 (productie 20 dagvaarding in eerste aanleg) wordt namens de Rabobank aan [appellant] meegedeeld dat de rekening genummerd [rekeningnummer 1] een ongeoorloofde debetstand vertoont van € 3.562,30, en wordt hij verzocht om deze debetstand binnen 14 dagen aan te zuiveren.
g. Bij brief van 27 april 2012 (productie 21 dagvaarding in eerste aanleg) wordt namens de Rabobank aan [appellant] c.s. (wederom) meegedeeld dat de rekening genummerd [rekeningnummer 1] een ongeoorloofde debetstand vertoont. Het bedrag is thans € 3.685,93. Hen wordt verder meegedeeld dat de lening met nummer [rekeningnummer 2] een aflossingsachterstand vertoont van drie maanden van in totaal € 2.405,27. Hen wordt verzocht om de debetstand en achterstand binnen 14 dagen aan te zuiveren.
h. Bij brief van 11 mei 2012 (productie 22 dagvaarding in eerste aanleg) worden namens de Rabobank aan [appellant] c.s. rekening [rekeningnummer 1] en lening nummer [rekeningnummer 2] opgezegd en worden zij gesommeerd om ter zake rekening [rekeningnummer 1] te betalen € 3.685,93 te vermeerderen met rente p.m. en ter zake de lening nummer [rekeningnummer 2] € 21.324, achterstallige rente € 537,55 en lopende rente p.m.
i. Bij uitspraak van 6 september 2012 is PWT Advocaten-Belastingkundigen N.V. in staat van faillissement verklaard. Bij uitspraak van 19 november 2013 is [BV] B.V. in staat van faillissement verklaard.
j. Bij brief van 3 april 2012 van de gemachtigde van de Rabobank aan [BV] B.V. en [betrokkene] (productie 15 inleidende dagvaarding) zegt de Rabobank de leningsovereenkomsten genummerd [rekeningnummer 3], [rekeningnummer 4] en [rekeningnummer 5] op en krijgen [BV] B.V. en genoemde [betrokkene] drie maanden de tijd om de openstaande hoofdsommen, betalingsachterstanden van aflossing en rente te betalen. Het betreft in totaal ruim € 720.000,-.