De grief keert zich hiermee kennelijk tegen de overweging van de rechtbank inhoudende:
Gesteld noch gebleken is dat [schoonmaakbedrijf] op haar briefpapier en facturen heeft verwezen naar de algemene voorwaarden.
Deze overweging is geenszins uit de lucht komen vallen, maar is kennelijk ingegeven door hetgeen op de comparitie is besproken.
Niet blijkt dat in de procedure bij de rechtbank de betreffende facturen uit januari tot augustus 2011 zijn overgelegd, want dan zouden die zich ook in het onderhavige dossier hebben bevonden. Het zal de comparitierechter zijn opgevallen dat onder het logo op de wel overgelegde factuur (prod. 5 inl. dagv.) geen verwijzing naar algemene voorwaarden staat, anders dan de arbiter voor andere facturen had vastgesteld (in rov. 2.3).
Van de zijde van [schoonmaakbedrijf] is op de comparitie niet verwezen, althans dat blijkt uit het proces-verbaal, naar de passage ten aanzien van de algemene voorwaarden, maar is gewezen op het logo:
[[schoonmaakbedrijf]] heeft altijd het logo van de OSB gebruikt op zijn briefpapier en facturen. Vrijwel alle schoonmaakbedrijven hanteren de algemene voorwaarden van de OSB. Dat is een feit van algemene bekendheid.
Door de OSB word je als schoonmaakbedrijf getoetst. Het is eigenlijk een soort keurmerk. Het logo hanteren wij op facturen.
Van de zijde van Slotania is gezegd:
Aan de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden wordt wel erg dunnetjes invulling gegeven. Het logo van de OSB op de correspondentie is op zichzelf geen verwijzing naar de algemene voorwaarden. (…)
Het recht bevat geen aanknopingspunt om aan te nemen dat algemene bekendheid al voldoende zou zijn om aan te nemen dat de algemene voorwaarden van toepassing zijn.