ECLI:NL:GHSHE:2015:712

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
5 maart 2015
Publicatiedatum
5 maart 2015
Zaaknummer
HV 200 160 793_01
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens verzuim in indienen beroepschrift

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 5 maart 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep. Appellante, een vrouw wonende te [woonplaats], heeft hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, van 25 november 2014. Het hof heeft vastgesteld dat appellante het beroep heeft ingesteld zonder een beroepschrift in te dienen via een advocaat, wat in strijd is met de vereisten van artikel 359 Rv juncto artikel 278 Rv. De griffie van het hof heeft appellante tweemaal de gelegenheid geboden om dit verzuim te herstellen, maar appellante heeft van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt. Later heeft een advocaat namens appellante laten weten dat het beroep wordt ingetrokken. Het hof heeft geoordeeld dat appellante niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat het verzuim niet is hersteld en de latere intrekking niet aan dit verzuim afdoet. Het hof heeft in zijn beslissing benadrukt dat de procedurele vereisten strikt moeten worden nageleefd en dat het niet voldoen aan deze vereisten leidt tot niet-ontvankelijkheid in het hoger beroep.

Uitspraak

GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH

Sector civiel recht
Uitspraak: 5 maart 2015
Zaaknummer: HV 200.160.793/01
Zaaknummer eerste aanleg: C/03/11/539 R
in de zaak in hoger beroep van:
[de vrouw],
wonende te [woonplaats],
hierna te noemen : [appellante].

1.Het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst naar het vonnis van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, van 25 november 2014.

2.Het geding in hoger beroep

[appellante] heeft, nu zij het met de beslissing niet eens is, bij brief van 1 december 2014 bezwaar gemaakt tegen bovengenoemd vonnis. Vervolgens heeft de griffie van het gerechtshof - nu [appellante] had verzuimd een beroepschrift in te dienen door middel van een advocaat - [appellante] in de gelegenheid gesteld om alsnog haar verzuim te herstellen, zowel bij brief van 8 december 2014 als bij schrijven van 12 januari 2015. Van deze door de griffie geboden mogelijkheid heeft [appellante] evenwel geen gebruik gemaakt.
Op 20 februari 2015 heeft mr. J.A. van Gemeren, een in bovengenoemde zaak niet geregistreerde advocaat, op verzoek en in opdracht van [appellante] het gerechtshof onder meer laten weten dat de al eerder ingeschreven zaak als ingetrokken dient te worden beschouwd.

3.De beoordeling

Ingevolge artikel 359 Rv juncto 278 Rv dient een beroepschrift door een advocaat te worden ingediend. In het geval van [appellante] is hier evenwel niet aan voldaan. Nu [appellante] het hoger beroep destijds niet op de juiste wijze heeft ingesteld, zal [appellante] niet-ontvankelijk worden verklaard in haar verzoek. De latere intrekking van 20 februari 2015 doet aan dit eerdere, nadien nooit meer herstelde verzuim niet af.

4.De beslissing

Het hof:
verklaart [appellante] niet-ontvankelijk in haar verzoek.
Dit arrest is gewezen door mrs. L.Th.L.G. Pellis, P.J.M. Bongaarts en J.J. Minnaar en in het openbaar uitgesproken op 5 maart 2015.