Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
Coöperatieve Rabobank [vestigingsnaam] U.A.,
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknr. C/01/262980/HAZA 13-358)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep houdende grieven;
- de akte bewijsaanbod van de Rabobank;
- de memorie van antwoord in principaal appel, tevens memorie van grieven in incidenteel appel, tevens vordering in het incident;
- de antwoordmemorie in het incident met producties van de Rabobank;
- de memorie van antwoord in incidenteel appel.
3.De beoordeling
"Uw aanbod wordt, via onze advocaat, voorgelegd aan de curator".
"slikken of stikken"(punt 2.44 van zijn memorie) - heeft de Rabobank jegens [geïntimeerde] onrechtmatig gehandeld, aldus [geïntimeerde] .
"afschrift en inzage van alle stukken en bescheiden betreffende de verkoop van de Onroerende Zaak, waaronder in het bijzonder, doch niet uitsluitend:
op donderdag 3 december 2009 bij zijn afspraak met [geïntimeerde] en [adviseur van geintimeerde][de adviseur van [geïntimeerde] ]
bij zich had en ook kort heeft getoond;
"summier faxbericht"betreft,
"zonder de vermelding van 'vrij op naam' of 'kosten koper'.
"[geïntimeerde] zich er in het geheel niet over uitgelaten welke informatie ten behoeve van de waarheidsvinding dan wel uit deze summiere fax zou kunnen blijken. Hetzelfde geldt voor het stuk bedoeld in rechtsoverweging 3.3, derde gedachtestreepje (het bod van [de derde partij] ad € 705.000,-).
alle stukken en bescheiden betreffende de verkoop van de onroerende zaak, is de vordering te onbepaald.