Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
.
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
,hoewel behoorlijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake de voogdij over drie minderjarigen, geboren uit de relatie van de zoon van de appellante. De rechtbank Zeeland-West-Brabant had op 12 mei 2014 een beschikking gegeven waarin de appellante werd benoemd tot voogdes over de kinderen. De appellante, die zich niet kon verenigen met deze beslissing, heeft op 8 augustus 2014 hoger beroep ingesteld. Tijdens de mondelinge behandeling op 8 januari 2015 was de appellante aanwezig, bijgestaan door haar advocaat, mr. M.M. van der Marel. De stichting Nidos, die ook betrokken was bij de voogdij, was vertegenwoordigd door een medewerker. De Raad voor de Kinderbescherming was niet ter zitting verschenen, ondanks dat zij behoorlijk waren opgeroepen. De stichting had eerder verzocht om een (tijdelijke) voogdij over de kinderen, maar de rechtbank had de appellante benoemd. Tijdens de zitting trok de advocaat van de appellante het hoger beroep in, waardoor het hof besloot het verzoek in hoger beroep af te wijzen. De uitspraak werd gedaan door de rechters M.C. Bijleveld-van der Slikke, J.H.J.M. Mertens-Steeghs en C.L.M. Smeets op 12 februari 2015.