Uitspraak
Avantucon Financieel Adviesgroep,
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, betreft het een hoger beroep van een appellant tegen Assuralis B.V. en Avantucon Financieel Adviesgroep. De zaak draait om de zorgplicht van de financieel adviseur bij de hypotheekbemiddeling, specifiek de vraag of de adviseur de cliënt had moeten waarschuwen voor het bestaan van een financieringsvoorbehoud en de gevolgen van het verstrijken daarvan. De appellant, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.C. Daniëls, heeft in een eerdere procedure bij de rechtbank Breda een vonnis verkregen, maar is in hoger beroep gegaan na een tussenarrest van het hof van 17 maart 2015. In dit tussenarrest werd de appellant toegelaten tot bewijsvoering over de vraag of het financieringsvoorbehoud tussen partijen aan de orde is geweest in de relevante periode van 17 maart 2010 tot 14 mei 2010.
Tijdens de enquête heeft de appellant verklaard dat het financieringsvoorbehoud niet ter sprake is gekomen, terwijl de getuige, destijds werkzaam bij Assuralis, twijfels uitte over deze verklaring. Het hof oordeelt dat de appellant de bewijslast draagt en dat er onvoldoende aanvullend bewijs is geleverd om haar verklaring te ondersteunen. De getuigenverklaring van de getuige biedt geen basis voor de conclusie dat het financieringsvoorbehoud niet aan de orde is geweest. Het hof concludeert dat de appellant niet in haar bewijsopdracht is geslaagd en wijst de vorderingen van de appellant af.
Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank en veroordeelt de appellant in de proceskosten van het hoger beroep. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van de financieel adviseur om de cliënt adequaat te informeren over belangrijke aspecten van de hypotheekbemiddeling, zoals het financieringsvoorbehoud, en de gevolgen van het verstrijken daarvan. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 22 september 2015.