Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- parketnummers 01-845765-13 feit 1: verkrachting;
- parketnummer 01-845765-13 feit 2: feitelijke aanranding van de eerbaarheid;
- parketnummer 01-860142-13: verkrachting,
- de verdachte ter zake van de bij parketnummer 01-845765-13 onder 1. en 2., alsmede het bij parketnummer 01-860142-13 ten laste gelegde feit zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 jaren met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht;
- de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] zal toewijzen tot een bedrag van
- primair bepleit dat de verdachte van de gehele tenlastelegging dient te worden vrijgesproken;
- subsidiair -voor het geval het hof toch tot enige bewezenverklaring zou komen- bepleit dat zal worden volstaan met oplegging van een gevangenisstraf van ten hoogste 3 jaren, althans met een gevangenisstraf van substantieel kortere duur dan door de rechtbank is opgelegd;
- zich met betrekking tot de beslissing op de vordering van de benadeelde partij gerefereerd aan het oordeel van het hof.
- niet kan worden bewezen dat de auto waarin [slachtoffer 2] is gestapt dezelfde auto is als die door de politie is aangetroffen bij de toenmalige woning van de verdachte, in het bijzonder omdat niet kan worden uitgesloten dat in de nacht waarin het feit heeft plaatsgevonden meerdere zilverkleurige BMW’s van het type 116i waarvan het kenteken begon met het [cijfer] in Eindhoven rondreden;
- de auto die op de fotoprints van de camerabeelden van het station Eindhoven staat afgebeeld, niet gelijkgesteld kan worden aan de aangetroffen auto die destijds op naam van de echtgenote van de verdachte was gesteld;
- er in deze zaak slechts indirect bewijs voorhanden is, aangezien DNA-sporen, vingerafdrukken, historische verkeersgegevens en fotoherkenning ontbreken;
- het door de aangeefster opgegeven signalement van de dader, in het bijzonder betreffende diens tatoeages, niet past bij het signalement van de verdachte.
Verkrachting.
Verkrachting.
- de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd;
- de omstandigheid dat het in het bij parketnummer 01-845765-13 bewezen verklaarde geval gaat om een verkrachting van een vrouw, nadat de verdachte in de nachtelijke uren via een openstaand raam haar woning was ingeklommen en bij haar in bed was gaan liggen terwijl zij sliep;
- de omstandigheid dat het in het bij parketnummer 01-860142-13 bewezen verklaarde geval gaat om een verkrachting van een vrouw in de nachtelijke uren, in de auto van verdachte, nadat hij het slachtoffer in zijn auto had vervoerd naar een verlaten bospad;
- de omstandigheid dat door de bewezen verklaarde feiten de lichamelijke en geestelijke integriteit van de slachtoffers ernstig is geschonden en de omstandigheid dat -zoals algemeen bekend is- slachtoffers van dergelijke delicten daarvan nog langdurig nadelige, psychische gevolgen (kunnen) ondervinden;
- de omstandigheid dat dergelijke feiten tot onrust in de maatschappij leiden;
- de omstandigheid dat de verdachte zich kennelijk geen enkele rekenschap heeft gegeven van voormelde belangen en zich kennelijk slechts heeft bekommerd om de bevrediging van zijn eigen lustgevoelens.
- de inhoud van het hem betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 2 oktober 2015, waaruit blijkt dat hij in Nederland niet eerder door de strafrechter is veroordeeld;
- de inhoud van het hem betreffend psychiatrisch briefrapport van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie, d.d. 20 september 2013, opgemaakt door C.G. Huisman, psychiater;
- de overige persoonlijke omstandigheden van de verdachte, voor zover daarvan ter terechtzitting in hoger beroep is gebleken.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
5 (vijf) jaren.
€ 5.400,56(vijfduizend vierhonderd euro en zesenvijftig cent)bestaande uit € 400,56 (vierhonderd euro en zesenvijftig cent) materiële schade en € 5.000,00 (vijfduizend euro) immateriële schade en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
de verplichting opom aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [slachtoffer 1] ,
te betaleneen bedrag van
€ 5.400,56(vijfduizend vierhonderd euro en zesenvijftig cent)bestaande uit € 400,56 (vierhonderd euro en zesenvijftig cent) materiële schade en € 5.000,00 (vijfduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
62 (tweeënzestig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.