Uit de door de bewindvoerder opgestelde verslagen (het eindverslag is reeds genoemd in overweging 3.7) blijkt het volgende.
Verslag 1, opgemaakt op 4 juni 2012 (naar aanleiding van het huisbezoek). Niet blijkt dat melding is gemaakt dat de personenauto van [appellante] is overgeschreven op naam van haar ouders, en dat zij deze auto in bruikleen heeft.
Verslag 2, opgemaakt op 18 december 2012. Niet alle inkomsten, zoals nabetalingen huur- en zorgtoeslag, zijn afgedragen. Hierdoor is een boedelachterstand van € 2.329,- ontstaan. De boedelafdracht is gestaakt. Bij het verslag is een begeleidende brief van de bewindvoerder van 19 december 2012. Daarin staat dat er de afgelopen maanden dermate weinig is afgelost en dat er sprake is van een boedelachterstand van € 2.329,02 die moet worden ingelopen. [appellante] wordt verzocht om samen met de meerderjarigenbeschermingsbewindvoerder te zoeken naar een oplossing. [appellante] wordt ook gewezen op de sollicitatieplicht.
Verslag 3, opgemaakt op 13 juni 2013. De boedelachterstand is inmiddels opgelopen tot
€ 4.013,95 omdat er geen afdracht wordt ontvangen. Toegezegd is dat men met een plan van aanpak komt. Er zijn nieuwe schulden, te weten bij Energie Direct ad € 1.389,-, bij de ANWB ad € 176,- en bij de gemeente ad € 281,-.
Op 27 juni 2013 ontvangt [appellante] een waarschuwingsbrief van de rechter-commissaris nu zij van oordeel is dat de gedragingen van [appellante] in strijd zijn met de door [appellante] ondertekende regels van de schuldsaneringsregeling. In de waarschuwingsbrief wordt melding gemaakt van het niet-nakomen van de inlichtingenplicht, het ontstaan van de boedelachterstand van ruim 4.000 euro en het ontstaan van nieuwe schulden ad circa € 1.800,-. Verder schrijft de rechter-commissaris onder meer aan [appellante] : “U dient uw bewindvoerder overal over te informeren wat voor een goed verloop van de schuldsaneringsregeling van belang kan zijn. U dient dit uit eigen beweging te doen, het is niet de bedoeling dat de bewindvoerder u steeds om informatie moet vragen.”
Verslag 4, opgemaakt op 9 januari 2014. [appellante] heeft geen gegevens overgelegd in verband met sollicitatieverplichtingen in de periode mei-november 2013. [appellante] heeft derhalve niet voldaan aan haar inlichtingen- en sollicitatieverplichting.
Er is een plan van aanpak van de boedelachterstand en de nieuwe schulden. Men hoopt via betalingsregelingen een en ander weg te werken. De boedelachterstand is licht afgenomen tot een bedrag van € 3.785,14. De in verslag 3 gememoreerde nieuwe schulden bestaan nog steeds en zijn qua hoogte onveranderd. Daarnaast is er nog een nieuwe schuld ontstaan, nu aan Belastingen Zorg ad € 250,- in verband met de zorgtoeslag over 2012. Saniet wordt nogmaals een laatste kans geboden. Saniet dient daartoe wel een overzicht van sollicitaties over de periode mei-oktober 2013 over te leggen. De boedelafdracht verloopt nog steeds onregelmatig.
Verslag 5, opgemaakt op 10 juni 2014. De boedelachterstand is gedaald tot onder de € 2.500,-. Er is geen overzicht ontvangen met betrekking tot nieuwe schulden. Saniet heeft een (aanvullende) sollicitatieplicht maar kan geen bewijsstukken overleggen van verrichte sollicitaties. Ten aanzien van de nieuwe schulden alsook ten aanzien van de sollicitatieplicht is saniet wederom deels in gebreke. Er zijn nog steeds 4 nieuwe schulden ter waarde van circa € 2.200,-.
Verslag 6, opgemaakt op 17 november 2014, noemt de boedelachterstand nog altijd fors. Was de boedelachterstand blijkens verslag 5 gedaald tot onder de € 2500,-, de achterstand bedraagt thans € 4.030,53. Ook staat er een fikse schuld open aan nieuwe schulden, zijnde de Belastingdienst, zo staat in verslag 6 onder meer te lezen. De totale schuldenlast (boedel en nieuwe schulden) bedraagt dan € 6.670,53. Wil om een verlenging van de wettelijke schuldsaneringsregeling kunnen worden verzocht, dan moet de situatie bij het volgend verslag sterk zijn verbeterd, zo meent de bewindvoerder. Het eindverslag zal één en ander kunnen uitwijzen. Zoals hierboven al bleek, zou de bewindvoerder in zijn eindverslag, opgemaakt op 6 mei 2015, vervolgens adviseren de sanering van [appellante] te beëindigen zonder schone lei.