Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[naam verdachte],
hij op 30 november 2012 te Tilburg ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk een persoon (een lid van het Arrestatieteam, werkzaam onder nummer AOE-ZN315), van het leven te beroven, met dat opzet, met een vuurwapen een kogel op die persoon/dat lid van het Arrestatieteam heeft afgevuurd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op een of meer tijdstip(pen) op 23 november 2012 te[adres 2], gemeente Breda, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, [aangeefster] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft/hebben verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) op een of meer(dere) tijdstip(pen) (telkens) opzettelijk dreigend een vuurwapen op die [aangeefster] gericht en/of heeft/hebben verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) daarbij en/of vervolgens de woorden toegevoegd (zakelijk weergegeven):
hij op 30 november 2012 te Tilburg een wapen van categorie III, te weten een vuurwapen (pistool, merk Radom), voorhanden heeft gehad.
hij op 30 november 2012 te Tilburg ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk een persoon (een lid van het Arrestatieteam, werkzaam onder nummer AOE-ZN315), van het leven te beroven, met dat opzet, met een vuurwapen een kogel op die persoon heeft afgevuurd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op 30 november 2012 te Tilburg een wapen van categorie III, te weten een vuurwapen (pistool, merk Radom), voorhanden heeft gehad.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) jaren.
€ 5.011,35 (vijfduizend elf euro en vijfendertig cent) bestaande uit € 11,35 (elf euro en vijfendertig cent) materiële schade en € 5.000,00 (vijfduizend euro) immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 5.011,35 (vijfduizend elf euro en vijfendertig cent) bestaande uit € 11,35 (elf euro en vijfendertig cent) materiële schade en € 5.000,00 (vijfduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
60 (zestig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
teruggaveaan verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten: