ECLI:NL:GHSHE:2015:287
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- A.P. Zweers-van Vollenhoven
- L.Th.L.G. Pellis
- A.J. Coster
- Rechtspraak.nl
Toelatingsverzoek tot schuldsaneringsregeling afgewezen wegens gebrek aan bewijs van goede trouw
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 29 januari 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep van een verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling. De appellant, een man woonachtig te [woonplaats], had eerder bij de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, een verzoek ingediend dat op 9 december 2014 was afgewezen. De rechtbank oordeelde dat niet voldoende aannemelijk was dat de appellant te goeder trouw was ten aanzien van het ontstaan van zijn schulden in de vijf jaar voorafgaand aan de indiening van het verzoekschrift. De appellant had een schuldenlast van ongeveer € 31.300, waarvan een deel bestond uit een boete opgelegd door de Inspectie van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De rechtbank concludeerde dat de appellant niet had aangetoond dat hij geen verwijt trof voor het ontstaan van deze schulden.
In hoger beroep heeft de appellant betoogd dat hij wel te goeder trouw was en dat hij belang had bij toelating tot de schuldsaneringsregeling. Het hof heeft echter vastgesteld dat de appellant verzuimd had om de benodigde verklaringen ex artikel 284 en 285 van de Faillissementswet over te leggen. Hierdoor kon het hof niet vaststellen wat de totale schuldenlast was en of er een minnelijk traject was doorlopen. Het hof oordeelde dat de appellant onvoldoende had aangetoond dat hij te goeder trouw was en dat de omstandigheden hem te verwijten waren. Het hof bekrachtigde daarom het vonnis van de rechtbank en wees het verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling af.