ECLI:NL:GHSHE:2015:2832
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- A.P. Zweers-van Vollenhoven
- L.Th.L.G. Pellis
- J.H.Th. Veldman
- Rechtspraak.nl
Toelating tot schuldsaneringsregeling afgewezen wegens niet te goeder trouw ontstaan van schulden
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 23 juli 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over het verzoek van een vrouw om toegelaten te worden tot de schuldsaneringsregeling. De vrouw, hierna te noemen [appellante], had eerder een verzoek ingediend bij de rechtbank Limburg, dat op 2 juni 2015 was afgewezen. De rechtbank oordeelde dat niet voldoende aannemelijk was dat [appellante] te goeder trouw was geweest ten aanzien van het ontstaan van haar schulden in de vijf jaar voorafgaand aan haar verzoek. De totale schuldenlast van [appellante] bedroeg € 151.621,71, met onder andere een schuld aan de DSB Bank van € 76.416,53 en een schuld aan de NVF Voorschotbank van € 57.166,79. Het hof heeft de mondelinge behandeling op 15 juli 2015 gehouden, waarbij [appellante] werd bijgestaan door haar advocaat, mr. R. Jacobs.
Het hof heeft de argumenten van [appellante] in hoger beroep beoordeeld. [appellante] stelde dat haar schulden niet te goeder trouw waren ontstaan en dat haar financiële situatie inmiddels stabiel was. Ze voerde aan dat haar schulden deels waren ontstaan tijdens haar huwelijk en dat haar ex-partner ook verantwoordelijk was voor een deel van de schulden. Het hof oordeelde echter dat [appellante] niet voldoende bewijs had geleverd voor haar stellingen en dat haar gedrag ten aanzien van haar schulden niet getuigde van de nodige zorgvuldigheid. Het hof concludeerde dat [appellante] niet voldeed aan de vereisten van artikel 288 lid 1 sub b van de Faillissementswet, die vereist dat de schuldenaar te goeder trouw is geweest bij het ontstaan van de schulden.
Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de rechtbank bekrachtigd, waardoor [appellante] niet werd toegelaten tot de schuldsaneringsregeling. De uitspraak benadrukt het belang van de zorgvuldigheid en de verplichtingen van de schuldenaar in het kader van de schuldsaneringsregeling.