[vertegenwoordiger appellante] heeft samengevat het volgende verklaard met betrekking tot de relevante punten in de bewijsopdracht.
Ik ben nu freelance bedrijfsadviseur, ik verleen af en toe diensten aan [appellante], een uurtje of 10 in de week, ik was tot 2010 vennoot. Ik was in 1999 vennoot en mede eigenaar, accountant van beroep, maar met een brede adviespraktijk.
[vertegenwoordiger geïntimeerde] en ik hebben een afspraak gemaakt voor 28 januari 2000 en volgens mijn agenda heeft de afspraak op vrijdagmiddag om 16.00 uur plaatsgevonden bij mij op kantoor, wij hebben een uur met elkaar gesproken om kennis te maken, [vertegenwoordiger geïntimeerde] en ik waren daarbij aanwezig, niemand anders. Het was puur een kennismaking, ik zeg het zo, we moesten aan elkaar snuffelen. Zoals gezegd werd nagedacht over een vestiging in [vestigingsplaats 2]. Ons gesprek op die vrijdagmiddag ging alleen over wie ben jij, heb je kinderen, [vertegenwoordiger geïntimeerde] bleek in [woonplaats] te wonen, we hadden het dus over ons privéleven en verder ook over het kantoor van [appellante]. Het was echt een vrijdagmiddag gesprek, bijna een borrelsfeer.
[vertegenwoordiger geïntimeerde] en ik hebben tijdens ons gesprek op 28 januari 2000 niet gesproken over opties. Hij heeft mij niets verteld over een toekenning van opties aan hem. Hij heeft mij zijn contractaanbod niet laten zien. We hebben het niet gehad over zijn arbeidscontract of fiscale zaken. Het is onmogelijk dat hij de indruk kan hebben gekregen dat ik na dat gesprek een melding zou doen aan de belastingdienst. Wij hebben het niet gehad over belastingzaken.
Het was voornamelijk een administratief gerichte relatie. Ons werk was in feite het werk van een administratiekantoor. Wij deden de boekhouding voor Magma [vestigingsplaats 2], wij deden de salarisadministratie, de aangifte loonbelasting, de aangifte omzetbelasting telkens elk kwartaal, na afloop van 2000 kwam natuurlijk de aangifte vennootschapsbelasting erbij. Wij hebben geen audit werkzaamheden gedaan.
Tijdens het gesprek van 21 augustus 2000 hebben [Engelse accountant Magma Inc.] en [financieel werknemer Magma inc. USA] (voor Magma) en ik gesproken over administratieve zaken, over geld, of het snel genoeg kwam, of iedereen tevreden was over hoe de zaken gingen. Een klein onderwerp tijdens het gesprek was dat er een plan was naar de beurs te gaan, ze wisten niet precies wanneer, maar in dat geval zouden opties kunnen worden uitgegeven. Ze vroegen hoe het gaat met opties in Nederland. Ik heb kort uitgelegd hoe het werkte in Nederland, ik bedoel vooral de fiscale afhandeling. [financieel werknemer Magma inc. USA] heeft mij gezegd dat Magma mensen in Amerika had die over opties gingen, hij zei dat er in Amerika een personeelsafdeling was die te zijner tijd dit soort zaken voor hun rekening zou gaan nemen. Ik heb gezegd dat lijkt me goed, ik hoor het wel. De heren en ik hebben afgesproken dat ik een notitie zou laten opmaken. Zij gaven mij enkele getallen en vroegen mij een indicatief rekenvoorbeeld te maken van hoe het uitwerkt als opties zouden worden toegekend aan Nederlandse werknemers. Zij vroegen mij de notitie te richten aan [vertegenwoordiger geïntimeerde] en zeiden dat dit in het Nederlands kon. Ik heb [werknemer appellante 1.] gevraagd een memo te maken. Zij heeft het bekende memo van oktober 2000 opgemaakt en ik heb dat doorgestuurd naar [vertegenwoordiger geïntimeerde]. In augustus 2000 ging het tijdens ons gesprek over een mogelijke beursgang en de mogelijke verlening van opties in dat geval. [Engelse accountant Magma Inc.] en [financieel werknemer Magma inc. USA] hebben niets gezegd concreet over opties die waren verleend. Het ging om een verkenning en het was indicatief.
Nadat ik het memo van 3 oktober 2000 naar [vertegenwoordiger geïntimeerde] heb gestuurd, heb ik hem kort één of twee keer telefonisch gesproken. In die gesprekken heb ik het memo met hem doorgenomen. We hebben zogezegd gestoeid en gefilosofeerd. Zijn reactie was dat het verstandig zou zijn pas achteraf fiscaal af te rekenen. De meeste mensen denken dat snel. Ik zei hem dat lijkt zo, maar het hangt af van de verwachting die je hebt over de beurskoers. Ik zei hem dat hij, als het zover zou zijn, met mensen binnen Magma zou kunnen spreken over de verwachtingen. Deze gesprekken hadden een verkennend karakter. De beursgang was er nog niet. Uiteindelijk hebben [vertegenwoordiger geïntimeerde] en ik in die gesprekken gezegd laten we afwachten wat er gebeurt. Bij mijn weten waren toen nog geen opties aan [vertegenwoordiger geïntimeerde] toegekend. In elk geval hebben we er in die gesprekken niet over gesproken. Ik heb absoluut niet toegezegd een melding aan de fiscus te doen in verband met opties. Een melding was overigens een toekomstige gebeurtenis die toen nog niet aan de orde was. Ik heb ook niemand anders van Magma toegezegd zo'n melding te doen.
Ik heb nooit in 2001 of 2002 informatie gehad van Magma over de regeling voor aandelenopties, bekend als SOP. [vertegenwoordiger geïntimeerde] stuurde mij allerlei gegevens, salarisgegevens, fiets van de zaak, prestatiebonussen, ESPP (een spaarregeling), maar nooit iets over SOP. Onze enige betrokkenheid wat betreft ESPP was het inhouden van het spaarbedrag op het loon en het overboeken van het bedrag naar de afdeling in Amerika die er over ging.
In februari 2003 heb ik een mail gehad van [corporate controller Magma Inc. USA] met betrekking tot de fiscale behandeling van aandelenopties, SOP, dus echt de aandelenopties die een werknemer kan uitoefenen tegen een vooraf bepaalde prijs. Het was een verkennende mail. Hij was bezig wereldwijd te inventariseren hoe er in alle landen waar ze mee te maken hadden moest worden omgegaan met de fiscale en juridische aspecten van aandelenopties. Ik was een van de vele geadresseerden van die brief, en wel voor Nederland natuurlijk. Ik heb begin maart, het klopt dat dit een brief van 7 maart was, een korte brief gemaakt van een paar pagina's met hulp van een fiscalist van ons kantoor die mij teksten heeft aangereikt. Die teksten heb ik vertaald en in die brief verstrekt. Ik was een beetje laat met mijn reactie en [corporate controller Magma Inc. USA] zat mij op de hielen. Ik was op kantoor bezig en ik weet nog goed dat ik had beloofd op tijd thuis te zijn omdat mijn jongste ziek was. Dat was ook geen probleem want ik werkte veel thuis en ik had daar onder andere briefpapier. Ik ben naar huis gegaan en ik werkte in de avond thuis door. Door het tijdsverschil was het geen probleem. Ik had de brief op enig moment af en ik heb dat op briefpapier afgedrukt. Het internet werkte niet dus ik kon toen niet mailen. Daarom heb ik de brief gefaxt en de volgende dag heb ik de brief per post gestuurd. Toen was mij niet bekend dat Magma aan wie dan ook opties had toegekend. Het verzoek van [corporate controller Magma Inc. USA] betrof alleen een behandeling van fiscale aspecten van opties in Nederland voor het geval dat opties zouden worden verleend. Hij heeft in zijn vragen ook niet gemeld dat concreet opties waren toegekend. [appellante] was niet betrokken bij het beloningsproces, ik bedoel hiermee het proces voor de vaststelling van de hoogte van het salaris bijvoorbeeld of de toekenning van opties. Ik heb naar aanleiding van die fax nooit vragen gehad over opties die toegekend waren of in de toekomst zouden kunnen worden toegekend. Ik heb naar aanleiding van de fax van 7 maart nooit meer van [corporate controller Magma Inc. USA] of zijn afdeling iets gehoord, of van de andere mensen van Magma over dit onderwerp. Ik was er niet van op de hoogte dat opties waren verleend of zouden worden verleend. Verder was er op het punt van de beloningen een strakke regie vanuit Amerika en later [European controller Magma]. [European controller Magma] was een dominant type en hij controleerde zeer nauwgezet. Hij ging met een stofkam door de boekhouding, stelde veel correcties voor en had veel punten over processen. Het was voor mij duidelijk dat de regie wat beloningen betreft bij Magma Amerika in handen was, later bij [European controller Magma], en dat [appellante] een boekhoudkundige functie had.
[European controller Magma] heeft mij gebeld en later geschreven in augustus/september 2003. Hij is ook naar [vestigingsplaats 2] gekomen. Hem was gebleken dat er met ESPP iets fout was gegaan. In [vestigingsplaats 2] heb ik met [European controller Magma] gesproken over hoe we dit fiscaal konden oplossen en hoe we konden voorkomen dat zoiets weer zou gebeuren. Dit betrof uiteraard steeds ESPP. Toen we dit onderwerp hadden afgerond, zei [European controller Magma] mij dat opties nu of in de toekomst aan de orde konden zijn. Hij zei dat er verzilveringen aan zouden gaan komen. Ik heb met hem toen tijdens het gesprek in [vestigingsplaats 2] de grote lijnen van mijn brief van 7 maart doorgenomen, in antwoord op zijn punt over opties. Ik had de stellige indruk dat hij bekend was met de brief van 7 maart. Hij beaamde dat het beter was conform mijn fax van 7 maart dat de fiscale aspecten door Magma in Amerika zouden worden behandeld. Hij wees erop dat Magma in Amerika alles wist en dat wij als [appellante] in [vestigingsplaats 2] niets wisten van de beloningen en de opties. Hij zei mij jij krijgt de gegevens om te verlonen. Dat was de afspraak. Enkele weken later heb ik bedragen van hem doorgekregen over aandelenopties. Hij stuurde mij deze gegevens om te verlonen. Wij hebben dit gedaan en daarna hebben wij elk kwartaal gegevens doorgekregen die wij hebben verloond. Wij als [appellante] hadden niets te maken met hoe de bedragen werden vastgesteld die wij doorkregen om te verlonen. Die bedragen werden bepaald, neem ik aan, door [European controller Magma] of Magma in Amerika en wij kregen daar geen informatie over. Ik heb met [European controller Magma] afgesproken dat Magma in Amerika 52% van de winst bij uitoefening van opties (ik bedoel echt aandelenopties en niet ESPP) zou inhouden en dat geld aan ons zou doorgeven zodat wij het geld aan de belastingdienst zouden kunnen afdragen voor de loonbelasting. [European controller Magma] had hier de controle op en zo is het gegaan. [European controller Magma] gaf bedragen door aan ons en c'est tout. Wij verloonden, niet meer dan dat. Wij wisten niet hoe [European controller Magma] aan de bedragen was gekomen die hij doorgaf. Wij als [appellante] konden ook de bedragen niet controleren want wij hadden geen informatie over bijvoorbeeld hoeveel opties aan de orde waren, over de verzilvering daarvan enzovoort. Ik heb nooit een optiecontract van Magma gezien tot in dit geding. Ik heb absoluut niet met [European controller Magma] of [corporate controller Magma Inc. USA] afgesproken dat ik zou zorgen voor een melding aan de belastingdienst. Ik verwijs naar de mails van [European controller Magma] van september en oktober 2003. Hij heeft duidelijke instructies gegeven voor hoe het probleem met ESPP moest worden opgelost, en ook met betrekking tot SOP en de lopende processen. Hij heeft duidelijk beschreven wie waarvoor verantwoordelijk was en vooral wat wij als [appellante] moesten doen. [European controller Magma] had dit strak in de hand. Hij heeft geen instructies gegeven over zo'n melding.
Ik was inderdaad aanwezig tijdens de getuigenverhoren van [vertegenwoordiger geïntimeerde], [werknemer Magma B.V.] en [European controller Magma]. Het klopt dat mijn verklaring vandaag op enkele punten lijnrecht staat tegenover hun verklaringen. Zo bijvoorbeeld op het punt van de brief van 7 maart en de ontvangst daarvan, het gesprek van 28 januari 2000, wie er bij was en waar het over ging, en wat bij ons als [appellante] steeds bekend was over de toekenning van opties tot augustus/september 2003. Ik heb de verklaringen van [vertegenwoordiger geïntimeerde], [werknemer Magma B.V.] en [European controller Magma] gehoord. Ik blijf bij wat ik vandaag heb verklaard. Ik kan alleen gissen naar redenen voor de kloof tussen verklaringen. Ik denk dat [werknemer Magma B.V.] zich wat betreft 28 januari 2000 vergist omdat hij die dag en een dag begin 2002 door elkaar haalt. Ik denk ook dat ESPP en SOP in de verklaringen van [vertegenwoordiger geïntimeerde], [werknemer Magma B.V.] en [European controller Magma] door elkaar worden gehaald. Ik denk dat [vertegenwoordiger geïntimeerde] en [werknemer Magma B.V.] de zaak veel minder intensief hebben beleefd dan ik en het was inmiddels 14 jaar geleden. Ik ben het absoluut niet eens met de verklaringen van [vertegenwoordiger geïntimeerde], [werknemer Magma B.V.] en [European controller Magma].