ECLI:NL:GHSHE:2015:1950
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- C.A.R.M. van Leuven
- J.H.J.M. Mertens-Steeghs
- M.C. Bijleveld-van der Slikke
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de ondertoezichtstelling van een minderjarige in het kader van een hoger beroep
In deze zaak gaat het om de ondertoezichtstelling van de minderjarige [de dochter], die is geboren uit de relatie van de vader en de moeder. De vader heeft hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank Oost-Brabant van 6 februari 2015, waarin de rechtbank heeft besloten om [de dochter] onder toezicht te stellen van de William Schrikker Stichting. De vader betwist de noodzaak van deze ondertoezichtstelling en stelt dat de situatie inmiddels is verbeterd. Tijdens de mondelinge behandeling op 30 april 2015 zijn zowel de vader als de vertegenwoordigers van de Raad voor de Kinderbescherming en de stichting gehoord. De vader heeft aangevoerd dat de problemen in de relatie met de moeder zijn opgelost en dat hij en de moeder nu openstaan voor hulpverlening. De stichting heeft echter aangegeven dat de situatie nog steeds instabiel is, met aanhoudende zorgen over de opvoedingssituatie van [de dochter]. Het hof heeft de argumenten van de vader en de stichting afgewogen en is tot de conclusie gekomen dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk blijft. De ouders hebben nog steeds te maken met verschillende problemen, waaronder psychische klachten en een alcoholverslaving bij de moeder, en de situatie is nog niet voldoende gestabiliseerd. Het hof heeft daarom de beschikking van de rechtbank bekrachtigd en de ondertoezichtstelling voortgezet.