Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- vrijspraak van het primair ten laste gelegde feit bepleit;
- verzocht de door de kinderrechter opgelegde straf te matigen;
- verzocht de vordering van de benadeelde partij conform de beslissing van de kinderrechter toe te wijzen.
Het primair bewezen verklaarde levert op: zware mishandeling.
- de ernst van het feit in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd;
- de omstandigheid dat verdachte, blijkens een hem betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie, d.d. 26 februari 2015, niet eerder is veroordeeld en derhalve als
BESLISSING
werkstrafvoor de duur van
80 (tachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
40 (veertig) dagen jeugddetentie.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 1.152,64 (duizend honderdtweeënvijftig euro en vierenzestig cent)bestaande uit
€ 152,64 (honderdtweeënvijftig euro en vierenzestig cent) materiële schadeen
€ 1.000,00 (duizend euro) immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 1.152,64 (duizend honderdtweeënvijftig euro en vierenzestig cent)bestaande uit
€ 152,64 (honderdtweeënvijftig euro en vierenzestig cent) materiële schadeen
€ 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
21 (eenentwintig) dagen jeugddetentie, met dien verstande dat de toepassing van die jeugddetentie de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.