3.1.In dit hoger beroep kan worden uitgegaan van de volgende feiten.
Bij huurovereenkomst van 16 maart 2007 heeft WonenBreburg de bedrijfsruimte aan de [adres] [huisnummer 1]-[huisnummer 2] te [plaats] verhuurd aan Actief Zorg. Het gehuurde is in de huurovereenkomst bestemd om te worden gebruikt als kantoorruimte ten behoeve van dienstverlening in de gezondheidszorg. Tussen partijen staat vast dat het gaat om huur van een ruimte als bedoeld in artikel 7:230a BW.
De huur is aangegaan voor de duur van twee jaar, ingaande op 1 april 2007 en lopend tot en met 31 maart 2009. Artikel 3 van de huurovereenkomst voorziet – bij gebreke van tijdige opzegging – in een verlenging met drie jaar, derhalve tot en met 31 maart 2012, en daarna in een voortzetting voor onbepaalde tijd.
In artikel 2 van de huurovereenkomst zijn de Algemene Bepalingen Huurovereenkomst Kantoorruimte en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a BW (ROZ-model 2003) van toepassing verklaard. Artikel 18.2 van deze algemene bepalingen luidt:
“Telkens indien een uit hoofde van de huurovereenkomst door huurder verschuldigd bedrag niet prompt op de vervaldag is voldaan, verbeurt huurder aan verhuurder van rechtswege per kalendermaand vanaf de vervaldag van dat bedrag een direct opeisbare boete van 2% van het verschuldigde per kalendermaand, waarbij elke ingetreden maand als een volle maand geldt, met een minimum van € 300,00 per maand.”
Op of kort voor 26 november 2010 heeft [vertegenwoordiger Actief Zorg 1] namens Actief Zorg telefonisch contact opgenomen met [vertegenwoordiger WonenBreburg] van WonenBreburg. Aansluitend op dat telefoongesprek heeft [vertegenwoordiger Actief Zorg 1] op 26 november 2010 aan [vertegenwoordiger WonenBreburg] een e-mail gestuurd met als onderwerpsaanduiding: “Omzetting huurovereenkomst van Actief Zorg naar Zorgacademie Eigenwijs”. In deze mail staat onder meer:
“Zoals zojuist besproken bijgaand het uittreksel KvK en het kopie van het paspoort van [vertegenwoordiger Zorgacademie 2]. Het betreft de huur voor de beide panden; [adres] [huisnummer 1] en [huisnummer 2].”
Op 22 december 2010 hebben WonenBreburg (aangeduid als “verhuurder”) en Actief Zorg (aangeduid als “huurder”) een allonge bij de huurovereenkomst van 16 maart 2007 ondertekend. In deze allonge staat dat partijen verklaren dat zij in afwijking van de huurovereenkomst het volgende zijn overeengekomen:
“Naamswijziging
De naam Actief Zorg B.V. is per 01-10-2010 gewijzigd in de naam Zorgacademie Eigenwijs B.V. i.o., gevestigd en kantoorhoudende te aldaar aan de [adres] [huisnummer 1]-[huisnummer 2], [postcode] te [plaats], en ten deze vertegenwoordigd door (…) inschrijving in de Kamer van Koophandel te Eindhoven onder nummer [kvk nummer].
Rechtsvorm
De rechtspersoon B.V. blijft ongewijzigd
Bankgarantie/waarborgsom
Er is een bankgarantie gesteld ten behoeve van Actief Zorg B.V. Deze bankgarantie dient te worden overgezet naar Zorgacademie Eigenwijs B.V. i.o.
De huurpenningen worden afgeschreven van rekening: (…)”
Alle overige bepalingen in de onderhavige huurovereenkomst blijven van kracht.”
De huurtermijnen over de periode tot en met 31 januari 2011 zijn door Actief Zorg aan WonenBreburg betaald.
Zorgacademie Eigenwijs BV (hierna: Zorgacademie Eigenwijs) is op 7 februari 2011 opgericht. Volgens het als productie 2 overgelegde uittreksel uit het handelsregister heeft de eerste inschrijving in het handelsregister op 8 maart 2011 plaatsgevonden. Met ingang van 1 februari 2011 is geen huur meer betaald voor het gehuurde.
In juni 2011 heeft WonenBreburg aan Zorgacademie Eigenwijs een aanzegging ter zake van de met ingang van 1 juli 2011 geldende geïndexeerde huurprijs verzonden.
Zorgacademie Eigenwijs is op 21 juni 2011 failliet verklaard. Het faillissement is opgeheven bij gebrek aan baten.
Op 19 juli 2012 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen WonenBreburg en Actief Zorg. WonenBreburg heeft het besprokene bij brief van 27 augustus 2012 aan Actief Zorg bevestigd. In die brief staat onder meer het volgende:
“Op donderdag 19 juli jl. hebben wij gesproken over de [adres] [huisnummer 1]-[huisnummer 2] (…)
Onderwerp van gesprek was de inmiddels opgelopen huurachterstand (…). U stelt zich op het standpunt dat Actief Zorg geen huurder meer is en dat alle verplichtingen uit de huurovereenkomst zijn overgenomen door het inmiddels failliet verklaarde Zorg Academie Eigenwijs B.V. WonenBreburg betwist dat uitdrukkelijk en verwijst daarbij naar de allonge van d.d. 22 december 2010 waarin is gemeld dat het enkel gaat om een naamswijziging. Van een in de plaats stelling is geen sprake geweest en dit was ook niet de intentie van partijen. De huurrelatie bestaat dus nog altijd tussen WonenBreburg en Actief Zorg.”
Eind juli 2012 heeft Actief Zorg de sleutels van het pand bij WonenBreburg ingeleverd.
3.2.1.In de onderhavige procedure vorderde WonenBreburg in eerste aanleg, kort gezegd:
I. ontbonden verklaring althans ontbinding van de tussen partijen bestaande huurovereenkomst;
II. veroordeling van Actief Zorg tot betaling van € 48.415,72 aan achterstallige huur over de periode tot en met mei 2013, te vermeerderen met de maandelijks verschuldigde huur over de periode van 1 juni 2013 tot aan de datum waarop de huurovereenkomst zal zijn geëindigd;
III. primair veroordeling van Actief Zorg tot betaling van € 47.700,00 + p.m. aan verschuldigde boetes dan wel subsidiair tot vergoeding van wettelijke rente over de vervallen huurtermijnen.
WonenBreburg heeft ook nog een voorwaardelijk vordering ingesteld en veroordeling van Actief Zorg tot betaling van buitengerechtelijke kosten gevorderd. Die vorderingen zijn in eerste aanleg niet toegewezen en spelen in dit hoger beroep geen rol.
3.2.2.Aan deze vordering heeft WonenBreburg, kort samengevat, het volgende ten grondslag gelegd.
Actief Zorg is tekort geschoten in de nakoming van haar verbintenis tot het tijdig betalen van de huur. Over de periode vanaf 1 februari 2011 is een huurachterstand ontstaan. Actief Zorg is daarom ook de in artikel 18.2 van de algemene bepalingen omschreven boete verschuldigd.
3.2.3.Actief Zorg heeft als verweer, zeer kort samengevat, aangevoerd dat sprake is geweest van een contractovername althans een indeplaatsstelling, waarbij Actief Zorg haar rechten en verplichtingen uit de huurovereenkomst heeft overgedragen aan Zorgacademie Eigenwijs B.V. i.o. (hierna: Zorgacademie Eigenwijs). Volgens Actief Zorg is zij sinds de contractovername althans indeplaatsstelling geen partij meer bij de huurovereenkomst en kan zij daarom niet worden aangesproken ter zake de huurachterstand en de boetebedragen.
3.3.1.In het tussenvonnis van 26 juni 2013 heeft de kantonrechter een comparitie van partijen gelast.
3.3.2.In het eindvonnis van 6 november 2013 heeft de kantonrechter, kort samengevat, als volgt geoordeeld:
De bewoordingen van de allonge zijn onduidelijk. Er heeft geen contractovername of indeplaatsstelling plaatsgevonden (rov. 3.5 tot en met 3.8).
De huurovereenkomst moet geacht worden met wederzijds goedvinden te zijn geëindigd per 31 juli 2012 (rov. 3.9).
Actief Zorg moet de achterstallige huur over de periode tot en met 31 juli 2012 ad € 30.910,90 voldoen (rov. 3.10).
De door Actief Zorg verschuldigde boete moet worden gematigd tot € 15.000,-- (rov. 3.11).
Op grond daarvan heeft de kantonrechter:
I. voor recht verklaard dat de huurovereenkomst tussen partijen betreffende de bedrijfsruimte aan de [adres] [huisnummer 1]-[huisnummer 2] te [plaats] per 31 juli 2012 is geëindigd;
II. Actief Zorg veroordeeld om aan WonenBreburg € 30.910,90 te betalen aan achterstallige huur over de periode van 1 februari 2011 tot en met 31 juli 2012;
III. Actief Zorg veroordeeld om aan WonenBreburg € 15.000,-- te betalen aan boete.
De kantonrechter heeft Actief Zorg in de proceskosten veroordeeld en het meer of anders gevorderde afgewezen.