In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 23 april 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over het verzoek van [appellant] tot toelating tot de schuldsaneringsregeling. Het hof verwijst naar het vonnis van de rechtbank Limburg van 17 maart 2015, waarin het verzoek van [appellant] was afgewezen. De rechtbank oordeelde dat niet voldoende aannemelijk was dat [appellant] de verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling zou nakomen, mede gezien zijn psychosociale problematiek.
Tijdens de mondelinge behandeling op 15 april 2015 heeft [appellant], bijgestaan door zijn advocaat mr. M.P.M. Hogervorst, zijn standpunt toegelicht. Hij stelde dat zijn psychische problemen geen reden zouden moeten zijn voor afwijzing van zijn verzoek. [appellant] heeft aangegeven dat hij in het verleden life-events heeft meegemaakt die hem uit balans hebben gebracht, maar dat hij inmiddels stappen heeft ondernomen om zijn situatie te verbeteren. De beschermingsbewindvoerder heeft verklaard dat de psychosociale problematiek van [appellant] beheersbaar is en dat hij een adequaat sociaal vangnet heeft.
Het hof heeft echter geoordeeld dat er onvoldoende bewijs is geleverd dat [appellant] in staat is om de verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling na te komen. De rechtbank had eerder al vastgesteld dat de schulden van [appellant] deels niet te goeder trouw zijn ontstaan, en het hof heeft deze conclusie bevestigd. Het hof heeft het verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling afgewezen, maar heeft [appellant] de mogelijkheid geboden om in de toekomst opnieuw een verzoek in te dienen, mits hij kan aantonen dat zijn situatie is verbeterd.