Uitspraak
Afdeling strafrecht
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte],
Betrouwbaarheid verklaring verdachte d.d. 11 november 2013
Opzet op de dood
Begin van uitvoering en vrijwillige terugtred
Voorbedachte raad
poging tot doodslag.
[hof: autisme spectrum stoornis]) in combinatie met de (oplopende) depressieve klachten (in de vorm van een aanpassingsstoornis met depressieve stemming) voor een belangrijk deel zijn denken en handelen beïnvloedden en een behoorlijke rol hebben gespeeld in het hem ten laste gelegde gedrag. (…) Onderzoeker is dan ook van mening dat het hem ten laste gelegde, indien bewezen geacht, vanuit gedragskundig oogpunt betrokkene in verminderde mate is toe te rekenen.”
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
42 (tweeënveertig) maanden.
12 (twaalf) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een
proeftijd van 3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd.
bijzondere voorwaardedat de verdachte zich gedurende de proeftijd onder ambulante behandeling zal stellen van de forensische polikliniek van Mondriaan of De Rooyse Wissel, dan wel een soortgelijke kliniek, en zich zal gedragen naar de aanwijzingen van zijn behandelaar(s) die in het kader van die behandeling worden gegeven, zo lang als de behandelaar(s) nodig achten.
€ 4.831,42 (vierduizend achthonderdeenendertig euro en tweeënveertig cent),bestaande uit € 831,42 (achthonderdeenendertig euro en tweeënveertig cent) materiële schade en € 4.000,00 (vierduizend euro) immateriële schade, en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 4.831,42 (vierduizend achthonderdeenendertig euro en tweeënveertig cent), bestaande uit € 831,42 (achthonderdeenendertig euro en tweeënveertig cent) materiële schade en € 4.000,00 (vierduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
58 (achtenvijftig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.