ECLI:NL:GHSHE:2014:864

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
25 maart 2014
Publicatiedatum
26 maart 2014
Zaaknummer
20-001307-11
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens gebrek aan grieven

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 25 maart 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Middelburg. De verdachte, geboren in Marokko en woonachtig in België, was eerder veroordeeld tot een geldboete van € 500,- en een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden wegens het als ongewenst verklaard vreemdeling in Nederland verblijven. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld, maar heeft nagelaten om binnen de vereiste termijn van veertien dagen een schriftuur met grieven in te dienen of mondeling bezwaren tegen het vonnis op te geven.

Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in het hoger beroep, omdat hij niet aan de procesvereisten heeft voldaan. De advocaat-generaal heeft primair gevorderd dat het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaart en subsidiair dat het vonnis van de politierechter wordt bevestigd. Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal gevolgd en geoordeeld dat er geen aanleiding is om de strafzaak verder te onderzoeken.

De beslissing van het hof is als volgt: de verdachte wordt niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep. Deze uitspraak is gedaan door de meervoudige kamer voor strafzaken en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer : 20-001307-11
Uitspraak : 25 maart 2014
VERSTEK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Middelburg van 31 augustus 2009 in de strafzaak met parketnummer 12-730049-09 tegen:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] (Marokko) in het jaar 1977,
wonende te [woonplaats] (België), [adres].
Hoger beroep
Bij vonnis waarvan beroep is de verdachte ter zake van - kort gezegd - het als ongewenst verklaard vreemdeling in Nederland verblijven veroordeeld tot een onvoorwaardelijke geldboete van € 500,-, subsidiair tien dagen hechtenis, en een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van twee maanden, met een proeftijd van twee jaar.
De verdachte heeft tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.
De advocaat-generaal heeft primair gevorderd dat het hof verdachte niet-ontvankelijk zal verklaren in het door hem ingestelde hoger beroep. Subsidiair heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof het vonnis van de politierechter zal bevestigen.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Het hof is van oordeel dat verdachte niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in het door hem ingestelde hoger beroep, nu verdachte niet binnen veertien dagen na het instellen van het hoger beroep een schriftuur houdende grieven heeft ingediend noch mondeling bezwaren tegen het vonnis heeft opgegeven en het hof niet van oordeel is dat de strafzaak desalniettemin onderzocht dient te worden.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep.
Aldus gewezen door
mr. O.M.J.J. van de Loo, voorzitter,
mr. J.J. van der Kaaden en mr. M.L.P. van Cruchten, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. drs. T. Kraniotis, griffier,
en op 25 maart 2014 ter openbare terechtzitting uitgesproken.