ECLI:NL:GHSHE:2014:783
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Raadkamer
- M. van Zinnen
- J.P.F. Rijken
- J.G. Sillevis Smitt
- Rechtspraak.nl
Klacht ex artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering inzake niet vervolgen van beklaagde wegens poging tot doodslag
Op 18 maart 2014 heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in een zaak waarin klager een klacht indiende op basis van artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering. Klager, bijgestaan door zijn advocaat, was het niet eens met de beslissing van de officier van justitie om beklaagde niet strafrechtelijk te vervolgen voor poging tot doodslag. Dit volgde op een incident op 13 april 2012, waarbij klager door beklaagde in zijn been werd geschoten tijdens een politieoptreden. Klager stelde dat hij onterecht was beschoten terwijl hij zich niet bedreigend gedroeg en dat de omstandigheden geen rechtvaardiging boden voor het gebruik van het vuurwapen door beklaagde.
De rijksrecherche had een onderzoek ingesteld naar het schietincident en concludeerde dat beklaagde onrechtmatig had gehandeld. Het hof behandelde het klaagschrift in raadkamer, waarbij zowel klager als beklaagde en hun advocaten aanwezig waren. De advocaat-generaal adviseerde het hof om het beklag af te wijzen, maar het hof kwam tot de conclusie dat de strafrechter zich moest uitspreken over de zaak. Het hof oordeelde dat beklaagde had geschoten zonder dat er een reëel gevaar voor hem of anderen aanwezig was, en dat het niet duidelijk was of hij onder de gegeven omstandigheden zijn vuurwapen had mogen gebruiken.
Uiteindelijk verklaarde het hof het beklag gegrond en beval het de vervolging van beklaagde ter zake van het feit waarop het beklag betrekking had. De beslissing werd genomen door de voorzitter en twee raadsheren, waarbij één raadsheer buiten staat was om de beschikking mede te ondertekenen.