ECLI:NL:GHSHE:2014:5357
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake kosten van lift tussen vennootschap en geïntimeerden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [de vennootschap] tegen [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] over de kosten van een lift die onderdeel uitmaakt van een nieuwbouwproject. De vennootschap had op 21 september 2007 een koopovereenkomst gesloten met [geïntimeerde 2] voor een grondstuk, waarbij de eigendomsrechten in een verhouding van 64% voor de vennootschap en 36% voor [geïntimeerde 2] zouden worden verdeeld. De vennootschap vorderde in eerste aanleg een bedrag van € 451.728,18, gebaseerd op ongerechtvaardigde verrijking en de koopovereenkomst. De rechtbank heeft in eerste aanleg de vordering van de vennootschap gedeeltelijk toegewezen en gedeeltelijk afgewezen, waarbij [geïntimeerde 2] werd veroordeeld tot betaling van € 43.267,44.
In hoger beroep heeft de vennootschap haar vorderingen gehandhaafd, maar haar eis in hoofdsom verminderd tot € 420.754,80 inclusief btw. Het hof heeft de zaak behandeld op basis van de ingediende stukken en de eerdere vonnissen. Tijdens de procedure is ook een andere rechtszaak tussen de vennootschap en de managementvennootschap van [geïntimeerde 2] aan de orde gekomen, die mogelijk invloed kan hebben op de uitkomst van deze zaak. Het hof heeft de vennootschap in de gelegenheid gesteld om aan te geven of de uitkomst van die procedure consequenties heeft voor haar vordering in deze zaak.
Het hof heeft de verdere beslissing aangehouden en de zaak naar de rol verwezen voor een akte aan de zijde van de vennootschap. De uitspraak is gedaan op 16 december 2014 door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch.