Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
.
- de moeder, bijgestaan door mr. Vogels;
- de vader, bijgestaan door mr. Maliepaard;
- de Raad voor de Kinderbescherming (hierna te noemen: de raad), vertegenwoordigd door mevrouw [vertegenwoordiger raad].
- de processen-verbaal van de mondelinge behandelingen in eerste aanleg d.d. 6 april 2012, 6 februari 2014 en 6 augustus 2014;
- het V6-formulier met bijlage ingediend door de advocaat van de moeder op 22 oktober 2014;
- de ter zitting door mr. Vogels overgelegde en voorgedragen zittingsaantekeningen.
3.De beoordeling
- de eerste twee maanden gedurende 1 uur per twee weken;
- de volgende twee maanden gedurende 1,5 uur per twee weken;
- vervolgens gedurende 2 uur per twee weken.
- gedurende de eerste twee maanden twee uur per twee weken omgang onder begeleiding van Rubicon althans een vergelijkbare instantie;
- gedurende de volgende twee maanden onbegeleide omgang gedurende vier uur per twee weken waarbij het halen en brengen van [de dochter] via Rubicon althans een vergelijkbare instantie begeleid blijft worden;
- gedurende de volgende twee maanden onbegeleide omgang op een dag per twee weken van 10.00 uur tot 18.00 uur, waarbij het halen en brengen van [de dochter] via Rubicon althans een vergelijkbare instantie begeleid blijft worden;
- vervolgens: vaststelling van een definitieve omgangsregeling van een weekend per veertien dagen.