ECLI:NL:GHSHE:2014:4954
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Chr. M. Aarts
- Y.L.L.A.M. Delfos-Roy
- J.P. de Haan
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet wegens (poging tot) diefstal of verduistering in arbeidszaak
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, gaat het om een hoger beroep van [bedrijf Recycling B.V.] tegen een vonnis van de rechtbank 's-Hertogenbosch, sector kanton Eindhoven, waarin het ontslag op staande voet van [geïntimeerde] werd afgewezen. [geïntimeerde] was van 2 mei 2008 tot 15 augustus 2011 als monteur werkzaam bij [bedrijf Recycling B.V.]. Op 11 april 2011 werd hij op staande voet ontslagen, omdat in zijn kofferbak bedrijfseigendommen (metaalafval) van [bedrijf Recycling B.V.] waren aangetroffen. [bedrijf Recycling B.V.] stelde dat dit een dringende reden voor ontslag vormde, terwijl [geïntimeerde] ontkende de materialen in zijn kofferbak te hebben gelegd en beweerde dat de kofferbak niet afsluitbaar was.
In eerste aanleg vorderde [bedrijf Recycling B.V.] onder andere te verklaren dat het ontslag rechtsgeldig was en dat [geïntimeerde] een bedrag van € 38.380,73 moest terugbetalen. De kantonrechter oordeelde echter dat niet was komen vast te staan dat [geïntimeerde] zich schuldig had gemaakt aan diefstal of verduistering, waardoor het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig was. [bedrijf Recycling B.V.] ging in hoger beroep en voerde vier grieven aan, gericht tegen de bewijswaardering van de kantonrechter en de proceskostenveroordeling.
Het hof oordeelde dat [bedrijf Recycling B.V.] de bewijslast had om aan te tonen dat er sprake was van een dringende reden voor ontslag. Het hof liet [bedrijf Recycling B.V.] toe om bewijs te leveren door getuigen over de omstandigheden van de aangetroffen bedrijfseigendommen in de kofferbak van [geïntimeerde]. De zaak werd aangehouden voor verdere behandeling en bewijslevering, waarbij het hof de procedure zorgvuldig volgde en de rechten van beide partijen in acht nam. De uitspraak van het hof is op 25 november 2014 gedaan.